Er waren toespraken van verzetsvrouw Willemijn Petroff-van Gurp en van Rom Steensma, een zoon van Engelandvaarder Carel Steensma. Vertegenwoordigers van andere kamporganisaties legden kransen bij de ingang van het monument.

Daarna was er de traditionele gang over de 60 meter lange ‘kampstraat’, waarin de namen staan gebeiteld van 500 Duitse concentratiekampen en buitencommando’s. Wie het monument binnenging, kreeg een bloem om die op een willekeurige plek in de taxushagen te steken die de begrenzing van het monument vormen.

Het kamp Dachau was het eerste Duitse concentratiekamp. De nazi’s richtten het al in 1933 in en namen het als voorbeeld voor andere kampen. Tussen 1933 en 1945 hebben 206.000 gevangenen in Dachau gezeten, onder wie 2000 Nederlanders. Veel van hen overleden in Dachau. Van hen zijn pater Titus Brandsma, de socialistische politicus ‘Stuuf’ Wiardi Beckman en de Joods-Curaçaose student George Maduro de bekendste.