Binnenland

Groen licht voor personeelsbeleid reformatorische zorgorganisatie Cedrah

UTRECHT. De reformatorische zorgorganisatie Cedrah mag van een personeelslid dat maaltijden rondbrengt bij bewoners eisen dat die werknemer actief lid is van een van de reformatorische kerken.

Redactie binnenland
23 April 2015 11:52Gewijzigd op 15 November 2020 18:25
Cedrah-bestuurder T. A. Stoop. beeld gemeente Hendrik-Ido-Ambacht
Cedrah-bestuurder T. A. Stoop. beeld gemeente Hendrik-Ido-Ambacht

Dat blijkt uit een donderdag verspreid oordeel van het College voor de Rechten van de Mens in Utrecht.

Een Zeeuwse vrouw, met een rooms-katholieke achtergrond, stapte vorig jaar naar het college. Ze was er niet over te spreken dat in een personeelsadvertentie op de website van Cedrah voor de baan van keukenmedewerker in het woon-zorgcentrum Rehoboth in Goes lidmaatschap van een van de reformatorische kerken werd geëist. De vrouw heeft niet gesolliciteerd.

C. J. Bosscha, klachtenconsulent van het Anti Discriminatie Bureau Zeeland en pleitbezorgster van de Zeeuwse vrouw, vroeg zich vorig maand tijdens de behandeling van de zaak af of voor de functie van keukenmedewerker een reformatorische achtergrond werkelijk cruciaal is. „Zo’n medewerker brengt eten rond en is geen groepsbegeleidster, maatschappelijk werker of pastoraal medewerker.”

Advocaat mr. M. J. W. Hoek van Cedrah stelde vorige maand dat de zorgorganisatie van alle personeelsleden innerlijke verbondenheid met het reformatorisch gedachtengoed vraagt. „Dat betekent bijvoorbeeld dat het personeel wekelijks naar de kerk gaat. Juist vanwege de reformatorische identiteit is Cedrah ontstaan. Het geloof is verweven met de bedrijfsvoering van alle dag. Dat blijkt ook uit het statuut identiteit van Cedrah. De belijdenis is geen dode letter.”

Ook voor de functie van keukenmedewerker is de reformatorische achtergrond van die medewerker van belang, betoogden toen Hoek en Cedrah-bestuurder T. A. Stoop. Stoop: „De keukenmedewerker staat het grootste deel van de dag in contact met onze cliënten. Dan kunnen vragen over het geloof of over geloofsbeleving spelen. Een cliënt kan de medewerker vragen te bidden of uit de Bijbel voor te lezen.”

Het College voor de Rechten van de Mens oordeelt dat nu Cedrah (die in Zeeland en Zuid-Holland tien instellingen beheert) geen verboden onderscheid op grond van godsdienst heeft gemaakt bij de werving voor de functie van keukenmedewerker.

Het college vindt dat Cedrah een „consistent beleid” voert met het oog op de handhaving van haar reformatorische grondslag. „Uit de doelstelling van Cedrah, haar statuut identiteit en uit de bedrijfsvoering binnen de organisatie blijkt dat de reformatorische identiteit sterk verbonden is met de hele instelling. In contacten van medewerkers met cliënten, collega’s en externen speelt het geloof een grote rol. Van alle medewerkers wordt verwacht dat zij het geloof, zoals vastgelegd in de grondslag en het instituut identiteit, vanuit een eigen en actieve overtuiging beleven.”

Cedrah-bestuurder Stoop toonde zich donderdag ,erg blij” met de ,heldere” uitspraak. ,Het college geeft klip en klaar aan dat wij een identiteitsgebonden personeelsbeleid kunnen voeren. Daarbij is van belang om een heldere grondslag en consistent beleid te hebben en daar in de praktijk consequent naar te handelen.”

Klachtbehandelaar Bosscha zegt ,een heel klein beetje verbaasd” te zijn over de uitspraak. ,Maar het onafhankelijke college beslist.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer