Buitenland

Israëliërs zoeken veiligheid

Negen jaar is Benjamin Netanyahu premier van Israël geweest, en als het aan veel Israëliërs ligt komt daar nog een flink aantal jaren bij. Maar wat hebben negen jaren Netanyahu eigenlijk opgeleverd?

Alfred Muller

24 March 2015 06:33Gewijzigd op 15 November 2020 17:37
Tegen alle verwachtingen in won de Israëlische premier Netanyahu deze week de parlementsverkiezingen. beeld EPA
Tegen alle verwachtingen in won de Israëlische premier Netanyahu deze week de parlementsverkiezingen. beeld EPA

Hij komt over als een charismatisch leider die zijn gedachten uitstekend kan verwoorden in zowel het Hebreeuws als het Engels. Met zijn toespraken weet hij veel mensen diep te raken. Voortdurend waarschuwt hij voor de gevaren die Israël omringen en de noodzaak dat Israël zich goed moet kunnen verdedigen. Geliefd is hij niet alleen bij veel Israëliërs, maar ook bij veel pro-Israëlische christenen in de wereld.

De kans op een vredesakkoord tussen Israël en de Palestijnen nam onder Netanyahu verder af. Dat lag overigens mede aan de Palestijnse leider Mahmud Abbas. Deze vormde een eenheidsregering met Hamas, een radicaalsoennitische organisatie die Israël vroeg of laat wil vernietigen.

De besprekingen tussen Israël en de Palestijnen die in 2013 begonnen, liepen in 2014 spaak. Onder Netanyahu werden de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever (Judea en Samaria) uitgebreid, al had de meeste nieuwbouw plaats in de nederzettingenblokken die Israël wil annexeren in het kader van landruil – mocht er ooit nog eens een akkoord met de Palestijnen worden bereikt.

Veiligheid

Hoewel Netanyahu veiligheid hoog in het vaandel heeft, kon de premier niet voorkomen dat er zich gewelddadige gebeurtenissen in Israël voordeden. Natuurlijk, het waren de Palestijnen onder leiding van Abbas die tot terreurdaden overgingen. Toen Abbas premier was, heeft Israël twee operaties uitgevoerd tegen Hamas in Gaza, die gepaard gingen met uitgebreide raketbeschietingen vanuit de Palestijnse enclave op Zuid- en Midden-Israël.

Vooral de laatste oorlog van 2014 was desastreus, met meer dan 2000 doden in Gaza, onder wie een groot aantal burgers, en meer dan 70 doden in Israël. Dat het aantal slachtoffers in Israël beperkt bleef, is vooral te danken aan het afweersysteem Iron Dome.

De recentste oorlog hield zeven weken aan. Het lukte het leger dus niet om in korte tijd een eind te maken aan de raketbeschietingen. Hamas blijft aan het bewind in Gaza en bereidt zich inmiddels voor op een nieuwe oorlog met Israël.

In de zomer en het najaar van vorig jaar verslechterde de veiligheidssituatie in Jeruzalem aanzienlijk, compleet met aanslagen en spanningen tussen Joodse en Palestijnse Jeruzalemmers. Ondanks de oorlogen en de terreuraanslagen in de afgelopen jaren, blijven veel Israëliërs het gevoel houden dat Netanyahu de veiligheid het beste kan waarborgen.

Iran

Netanyahu was succesvol in het wakker schudden van andere landen voor het gevaar van het Iraanse nucleaire programma. Deze stelden sancties tegen Iran in om dat land onder druk te zetten, zodat het zou afzien van een programma dat zou kunnen leiden tot snelle vervaardiging van de ”bom”. Israëls premier is echter verontrust over de onderhandelingen die de P5+1 (de VS, China, Rusland, Groot-Brittannië, Frankrijk en Duitsland) voeren met Iran. Hij waarschuwde op 3 maart het Amerikaanse Congres voor een akkoord, omdat dit ertoe zou leiden dat Iran juist wél kernwapens kan maken.

Het is geen geheim dat de relaties tussen de VS en Israël onder Netanyahu ernstig zijn bekoeld. President Barack Obama is het oneens met Netanyahu’s nederzettingenpolitiek en ook het feit dat de vredesbesprekingen voor de zoveelste keer stilliggen is een bron van ergernis.

Onder Netanyahu bleef de economie groeien. De groei kwam echter vooral ten goede aan een kleine groep schatrijken. De werkloosheid bleef laag, evenals de minimumlonen. Prijzen van huizen en levensmiddelen stegen veel sneller dan inkomsten. In 2011 leidde dit tot massale straatprotesten. Netanyahu beloofde verbetering, maar er veranderde weinig. De oppositie legde tijdens de verkiezingen de nadruk op de huisvestingscrisis en andere sociaaleconomische problemen. Meer Israëliërs waren echter meer verontrust over de veiligheid dan over de economie.

Rechts-religieus kabinet

Netanyahu zal nu naar verwachting een rechts, religieus en nationalistisch kabinet in elkaar zetten. Dit zal mogelijk enige verbetering brengen in de financiële situatie van de burgers. De partij Kulanu van Moshe Kahlon zal naar verwachting in de coalitie belanden. Zijn campagne was uitsluitend gebaseerd op de sociaaleconomische problemen. Hij zal waarschijnlijk minister van Financiën worden en proberen hervormingen door te voeren. In de praktijk zal dat moeilijk zijn en zijn partij zal flink afslanken als bij de volgende verkiezingen de talloze mooie beloftes niet zijn vervuld.

Begin deze week zei Netanyahu in het Hebreeuws dat hij tegen een Palestijnse staat is, eind deze week was hij er in het Engels weer voor. De kans echter dat er binnen afzienbare tijd een vredesverdrag tussen Israël en de Palestijnen komt is nihil. Palestijnen zullen naar verwachting blijven streven naar internationale erkenning van Palestina bij VN-organisaties en elders. Ze zullen andere landen vragen druk uit te oefenen op Israël om de vorming van de staat Palestina mogelijk te maken. De VS zullen Israël in de Veiligheidsraad mogelijk niet meer in bescherming nemen en een resolutie steunen die de principes weergeeft van een tweestatenoplossing.

Vervolgstap

Als Palestijnse leiders hun doel niet bereiken is een logische vervolgstap dat ze het Palestijnse bestuur opheffen, de sleutels van het regeringskantoor overhandigen aan Netanyahu en het Israëlisch staatsburgerschap eisen. Als Israël weigert hun dat te verlenen, krijgt het land twee soorten burgers, namelijk mét en zonder burgerrechten. Andere landen zullen Israël verwijten een apartheidsstaat te zijn. Als Israël het verzoek wél inwilligt, kunnen de Joden een minderheid worden. Ook kan de eenstaatoplossing tot een catastrofe leiden omdat de haat en het wantrouwen aan beide zijden te groot zijn om vreedzaam samenleven mogelijk te maken.


Naar het vierde kabinet-Netanyahu

In 1996 won Netanyahu voor het eerst de verkiezingen, na een succesvolle campagne tegen de Arbeidspartij van Shimon Peres. Peres was in november 1995 Yitzhak Rabin opgevolgd, die overleed nadat een Joodse terrorist hem bij een vredesmanifestatie in Tel Aviv in de rug had geschoten.

In 1997 tekende Netanyahu het Hebronprotocol, een akkoord dat bepaalde dat circa 80 procent van de stad Hebron werd overgedragen aan de Palestijnen.

In 1999 verloor Netanyahu’s Likud de verkiezingen van de Arbeidspartij van Ehud Barak. Barak beloofde terugtrekking van het leger uit Zuid-Libanon. Netanyahu trad af en Ariel Sharon volgde hem op als partijleider.

In 2002 maakte Netanyahu een comeback en werd hij achtereenvolgens minister van Buitenlandse Zaken en Financiën. Op de laatste post slaagde hij erin Israël uit het economisch slop te halen, maar dat ging ten koste van sociale voorzieningen. Sharon stapte in 2005 uit Likud en vormde Kadima, waar een aantal Knessetleden uit de Arbeidspartij en Likud naar overstapte. Netanyahu volgde hem op als Likudleider.

In 2009 werd Netanyahu opnieuw premier. Dat was niet omdat zijn partij de grootste werd. Die eer viel te beurt aan Kadima van Tzipi Livni. Peres, inmiddels president geworden en dus bevoegd een kabinetsformateur aan te wijzen, oordeelde dat Netanyahu betere kansen had een kabinet in elkaar te zetten. In 2013 won Netanyahu’s Likud de verkiezingen opnieuw.

Netanyahu vormde een kabinet van rechtse partijen en middenpartijen. De religieuze partijen belandden in de oppositie en het kabinet voerde een wet door die vrijstelling van de dienstplicht voor de ultraorthodoxen minder makkelijk maakt. In december ontsloeg Netanyahu de minister van Justitie Tzipi Livni (toen van Hatnuah) en de minister van Financiën Yair Lapid (Yesh Atid), die hij gebrek aan loyaliteit weet. Daarmee viel het kabinet in duigen. Nu gaat Netanyahu zijn vierde kabinet vormen.


Vrees belangrijke factor

De verkiezingen van afgelopen dinsdag sloten een emotionele campagne af met veel moddergooien en verdachtmakingen. Netanyahu voerde zijn bangmakerij enkele dagen voor de verkiezingen tot recordhoogte op. Op de verkiezingsdag zelf wees hij op het gevaar van de „hordes Arabieren” die kwamen stemmen – een opmerking waarmee hij een vijfde deel van de bevolking diep beledigde. De opkomst was met bijna 72 procent de grootste sinds 1999.

Politicoloog prof. Gideon Rahat van de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem gelooft dat vrees een belangrijke factor was bij de verkiezingen. „De kracht van Netanyahu is dat ze hem als leider kennen. Burgers zijn bang voor het onbekende. Ze geloven dat Netanyahu de veiligheid kan waarborgen. Maar ze geloven niet dat het beter wordt wat de sociaaleconomische problemen betreft.”

Een vraag is hoe de opiniepeilers er zo naast konden zitten. Peilingen lieten aanvankelijk weten dat Likud en Zionistische Unie nek aan nek gingen. Vorige week nog leek de Zionistische Unie van Isaac Herzog op een klinkend overwinning af te stevenen. De exitpolls dinsdag toonden gelijkspel. Woensdagmorgen bleek dat Netanyahu Herzog een ware knock-out had verkocht. „Er zijn altijd verassingen”, zegt Rahat. „Misschien dat de mensen bij de peilingen liegen. Maar voor Netanyahu was de lage stand in de peilingen gunstig. Zijn succes is nu des te groter.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer