Citotoets doet basisscholieren rillen
Ongeveer 167.000 leerlingen uit groep 8 beginnen dinsdag aan de Citotoets. De score die zij bij de eindtoets basisonderwijs behalen, bepaalt voor een deel hun verdere schoolloopbaan. Veel kinderen zijn al lang tevoren nerveus.
Net als vorig jaar neemt ongeveer 85 procent van de basisscholen de toets af. Dat zijn ruim 6400 scholen. In de tweede week van maart ontvangen de scholen de uitslag. Dit jaar voor het eerst niet alleen op papier, maar ook digitaal.
In drie dagen beantwoorden de scholieren 200 meerkeuzevragen over taal, rekenen en studievaardigheden. Negen op de tien deelnemende scholen doet ook mee aan het onderdeel wereldoriëntatie, dat bestaat uit negentig opgaven. De toets meet wat een leerling op de basisschool heeft geleerd. Slagen of zakken kan niet, de score wordt uitgedrukt in een getal tussen de 500 en 550.
Voor het eerst is dit jaar een zogheten niveautoets beschikbaar. Dat is een speciale editie van de eindtoets, bestemd voor leerlingen met een leerachterstand van tenminste anderhalf jaar. Het gaat om ruim 1100 leerlingen. De reguliere toets zou voor hen te moeilijk zijn.
Kinderen die deze week ziek zijn, kunnen de toets later maken. Zij krijgen dan andere vragen, de inhaaltoets. Vorig jaar maakten vijfhonderd leerlingen van die mogelijkheid gebruik.
Het is de 35ste keer dat de vrijwillige Citotoets wordt afgenomen. Een aantal schoolverenigingen uit het bijzonder onderwijs verzet zich tegen de toenemende invloed van de toets. Dat zijn de Dalton, Jenaplan en Vrije Scholen. Met het advies van de basisschool bepaalt de uitslag van de toets naar welk vervolgonderwijs de leerling gaat. Voor de meeste ouders (58 procent) bepaalt het advies van de leraar welk voortgezet onderwijs hun kind gaat volgen, bleek recnt uit een onderzoek. Slechts 5 procent van de ouders laat zich leiden door de score die hun kind bij de Citotoets haalt. Ruim de helft van de ouders vindt dat scholen te veel waarde aan de toets hechten.