Bot tegen proces over muur Israël
Het kabinet vindt de bouw van de Israëlische veiligheidsmuur strijdig met het internationaal recht, omdat de ligging van de muur afwijkt van de bestandslijn van 1949. Desondanks wil de regering niet dat het Internationaal Gerechtshof zich buigt over de legitimiteit van de barrière.
Dat zei minister Bot van Buitenlandse Zaken donderdag in de Tweede Kamer.
Een politiek conflict tussen Israël en de Palestijnen moet aan de onderhandelingstafel worden opgelost en niet voor het gerechtshof, vindt Bot. Een gerechtelijke procedure kan het voorzichtig herstartende politieke proces ondermijnen, vreest de minister. Bovendien politiseert het gerechtshof als het een uitspraak moet doen over dit gevoelige onderwerp.
Bot werd in het debat gesteund door CDA, VVD, ChristenUnie en SGP. De laatste partij heeft „weinig vertrouwen in de procedure die door het gerechtshof gevoerd zal worden”, aldus fractievoorzitter Van der Vlies. „De kans is groot dat het proces wordt gekaapt door de inbreng van landen die sowieso anti-Israël zijn.” ChristenUnie-leider Rouvoet denkt dat een uitspraak van de rechter vrede niet dichterbij zal brengen.
De linkse oppositiepartijen en ook regeringspartij D66 begrijpen niets van de opstelling van het kabinet. PvdA-kamerlid Koenders verweet het kabinet „politieke lafheid.” Hij vindt de route van de muur niets anders dan „diefstal van land” door Israël.