Opinie

Leerkracht vanaf begin geroepen om identiteit met vakles te verbinden

Het verbinden van de christelijke identiteit met de inhoud van de les is niet voorbehouden aan de ervaren generatie leerkrachten, stelt drs. Henk Vermeulen.

Drs. Henk Vermeulen
16 January 2015 15:12Gewijzigd op 15 November 2020 15:53Leestijd 4 minuten
beeld Fotolia
beeld Fotolia

Als het over de identiteit van het onderwijs gaat, draait het om de man of vrouw voor de klas. De leraar maakt het verschil. Nu zijn er leraren in alle soorten en maten. Om een aspect te noemen: leraren die net hun eerste schreden in het onderwijs zetten, en een generatie die inmiddels al zijn 25-jarig jubileum in het onderwijs heeft gevierd. Wanneer moet een leraar eigenlijk gaan nadenken over de identiteit van zijn lessen? Soms merk je dat mensen dat vooral iets vinden voor ervaren leerkrachten. Studenten en beginners moet je wat dat betreft een beetje in de luwte houden.

Onlangs legde iemand mij uit waarom je die beginnende leraar nog niet kan vragen hoe zijn of haar identiteit de vakles doortrekt. Hij redeneerde ongeveer zo: „De start van je onderwijsloopbaan is vaak erg zwaar. Wat komt er allemaal niet op je af als je (bijna) fulltime leraar bent. Alles op school is nieuw en je moet een enorme berg informatie verstouwen. Het vak is nieuw, of de vakken die je geeft zijn nieuw. Het zelfstandig maken van lessen is toch anders dan tijdens je opleiding. En dan de leerlingen! Alleen al de orde in de klas vraagt veel aandacht. Vergeet verder niet de contacten met de ouders die (veel) aandacht vragen en de hoeveelheid administratie die tegenwoordig bij een baan in het onderwijs hoort.”

Conclusie: van beginnende leerkrachten kun je niet vragen om ook nog eens over de identiteit in hun vaklessen na te denken.

Link leggen

Ik vond zo’n redenering wel logisch klinken. Om dezelfde reden vragen scholen bijvoorbeeld onbevoegde leraren pas na het behalen van hun diploma om zich te verdiepen in de verbinding van identiteit en professie. Toch vraag ik me inmiddels af of die schijnbaar logische redenering wel klopt. Iedere beginnende docent zal namelijk zijn lessen voorbereiden – misschien wel grondiger dan de collega met twintig jaar ervaring. Bij die voorbereiding stelt hij zichzelf allerlei vragen. Wat is het doel van deze les? Wat is de beginsituatie van de leerlingen? Hoe trek ik bij het begin van de les de aandacht van de leerlingen? Hoe rond ik de les af? En zo nog wat vragen die alle leraren tijdens hun studie geleerd hebben. Wat ligt er meer voor de hand dan in dat rijtje vragen ook deze op te nemen: Kan ik aan de hand van de leerstof in deze les een link leggen met mijn christelijke identiteit?

Let wel: ik wil hiermee niet zeggen dat de verbinding van de christelijke identiteit met de vakles eenvoudig is. Alsof het een kwestie is van de juiste vraag stellen. Verre van dat, die verbinding is niet simpel voor de beginnende leraar en ook niet voor zijn ervaren collega.

Evenmin wil ik beweren dat elk onderwerp in elke les gekoppeld moet worden met het christelijk geloof. Het antwoord op de vraag die ik in het voorbereidingsrijtje wil opnemen, kan heel verschillend zijn. De antwoorden kunnen variëren van: „Nee, nu niet”, tot: „Ik moet bij dit onderwerp de christelijke identiteit sterk benadrukken.” Laat die vraag ook niet leiden tot het aan de haren erbij slepen van de identiteit of het strooien met Bijbelteksten.

Levenservaring

Maar zowel beginnende als ervaren leerkrachten zouden zich 
die vraag wel moeten stellen. Dan zal er in de uitwerking best verschil zijn. Ik hoop dat ervaren leraren die verbinding tussen identiteit en vakles vaker en dieper weten te leggen dan hun beginnende collega’s. Iemand die al jarenlang met zijn vak bezig is (in het voortgezet onderwijs) of al jarenlang bepaalde vaklessen geeft (in het primair onderwijs) is hopelijk gegroeid in de kennis van het vak. Hij heeft meer inzicht in de (levensbeschouwelijke) achtergronden ervan. Hij heeft meer levenservaring opgedaan. Hij is, naar ik hoop, verdiept in geloof. Hij kan de maatschappelijke ontwikkelingen beter duiden en betrekken op zijn lessen. Aan de andere kant: er kan ook meer afstomping zijn – ook als het gaat om de doorwerking van de identiteit. Het kan zo gewoon worden dat je op een christelijke school werkt. Iedereen weet toch dat dit een christelijke school is...

Daarom: de vraag naar de verbinding tussen de christelijke identiteit en de inhoud van de les blijft actueel voor iedereen die op een christelijke school voor de klas staat. Daarom organiseert het lectoraat ”Christelijk leraarschap” op 28 januari ook een identiteitsdag voor beginnende én ervaren leraren. We hebben, jong en oud, immers dezelfde roeping.

De auteur is projectleider van het lectoraat ”Christelijk leraarschap” van Driestar hogeschool.

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer