„Kijken, kijken, om je heen, en vooral ook omhoog”
BENNEKOM. „Blikvangers”, noemt Wil van der Veur ze. De oud-docent Nederlands uit Bennekom fotografeerde voor zijn boek ”Versierd” ruim 400 in het oog springende versieringen aan Nederlandse gebouwen van vroeger en nu.
Stadswandelingen voor scholieren verzorgt Van der Veur (74) nog af en toe. „Ik laat hen kijken, kijken, kijken. Niet alleen om zich heen, op ooghoogte, zoals de meeste mensen doen. Maar vooral ook omhoog. Dan zien ze bijvoorbeeld versieringen in de gevel die vertellen dat de winkel waar ze voor staan waarschijnlijk ooit het pand van een rijke koopman is geweest.”
Voor het vak culturele en kunstzinnige vorming aan het Marnix College in Ede, waaraan de docent tot aan zijn pensioen verbonden was, besteedde Van der Veur ook lessen aan architectuur. „Eerst kregen de leerlingen een overzicht van bouwstijlen, daarna ging ik met hen op stap in Deventer, in Zwolle. Kijken is praktischer dan allerlei boeken en theorieën doorspitten.”
Zelf is Van der Veur „altijd een kijker geweest”, zegt hij. „Tijdens de vakanties met onze dochters hebben we heel wat kerken en andere gebouwen bekeken, vanbinnen en vanbuiten. Afgaande op de fotoboeken was ik in die jaren nogal een jugendstilfan.”
Kunstgeschiedenis was een bijvak toen Van der Veur Nederlands studeerde. „Een architect is ook bezig met taal, met vormentaal welteverstaan. Het boeit me hoe ambachtslieden proberen materiaal vorm te geven zodat bijvoorbeeld dat gebouw voor die koopman er een beetje opvallend uitspringt. Het spelen met vormen en het denkproces achter vormgeving intrigeren me.”
Versieringen kunnen puur verfraaiing zijn, zoals een ”kuif”, een krullerige gebeeldhouwde decoratie, boven aan de gevel van een koopmanshuis. Ze kunnen ook de betekenis en de functie van een gebouw onderstrepen en symboliseren, zoals beeldhouwwerk bij kerken en stadhuizen. En ze kunnen onderdelen en constructies van een gebouw accentueren. „Een schieter van een muuranker in de vorm van een rozet is zowel decoratief als structureel. Zo’n anker is een constructie-element dat een bout verbergt, de roos is de versiering.”
Ook moderne gebouwen fascineren Van der Veur. „De gevels van de bibliotheek van de Universiteit Utrecht zijn bijna helemaal van glas dat versierd is met plantenmotieven. Decoratief, maar ze dienen ook als zonwering. Een Ronald McDonaldhuis in Zuid-Limburg waar kinderen met een lichamelijke of meervoudige beperking en hun familie vakantie kunnen houden, heeft veelkleurige keramiekzuilen. Eerst denk je: waarom die gekke kleuren, waarom geen oude Griekse zuilen? Maar dan snap je de bedoeling van de ontwerper: voor die kinderen is een sfeer van feest en vrolijkheid gecreëerd.”
Wandelgidsen en naslagwerken over architectuur en belangrijke monumenten zijn er volop, een praktische en visuele gids met een overzicht van veelvoorkomende ornamenten en versieringen aan Nederlandse gebouwen ontbrak, ontdekte Van der Veur. Met ”Versierd” vult hij die leemte. Tien jaar heeft hij eraan gewerkt. „Het fototoestel ging altijd mee op vakantie en op familiebezoek. Ik had altijd wel een lijstje bij me van gebouwen in de buurt die ik kon fotograferen.”
Er valt in Nederland veel te ontdekken voor wie oog heeft voor details in de architectuur, aldus Van der Veur. „Door veel te kijken leer je zien, om het wat filosofisch te zeggen. En zien wordt herkennen. Als je een paar keer een kuif hebt gezien, hoef ik je niet meer te vertellen wat een kuif is. Die herken je dan wel.” De Bennekommer hoopt dat zijn leerlingen ook wat van de stadswandelingen hebben geleerd. „Op die leeftijd zijn jongeren met heel andere dingen bezig, maar mogelijk is er later bij hen ook iets van herkenning als het om versieringen aan gebouwen gaat.”
Het 296 bladzijden tellende boek is voor € 28,50 te bestellen bij de auteur via wilvanderveur@hetnet.nl.