„Nederlandse moslims bezorgd over IS-missie”
AMSTERDAM (ANP). Veel moslims in Nederland maken zich zorgen over de Nederlandse deelname aan de internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS).
Dat zegt Yassin ElForkani, jongerenimam en woordvoerder van het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO). Hij wordt de laatste dagen veel gebeld door mensen „die zeggen dat het een gevaarlijke ontwikkeling is en dat het zorgelijk is dat Nederland mee gaat doen. Oorlogen zijn altijd eng en zorgelijk. Terrorisme en extremisme moeten bestreden worden, daar is iedereen het over eens, maar hoe, daarover zijn de meningen verdeeld.”
Wat moslims bijvoorbeeld moeilijk begrijpen, zegt ElForkani, is dat Amerika niet eerder heeft ingegrepen in het Midden-Oosten „toen de situatie nog onder controle was, voordat extremisten de kans kregen zich te organiseren”. Ook zijn er mensen die zich afvragen waarom Nederland wel militairen stuurt, maar niet helpt bij het „opzetten van kampen voor de vluchtelingenstromen die zeker weer kunnen ontstaan door de oorlog”.
ElForkani maakt zich vooral zorgen over terreuraanslagen in Nederland. „Die mogelijkheid is reëel. Sommigen hebben een grote haat tegen het Westen en die haat groeit enorm. Ik ben niet bang voor een georganiseerde aanslag, maar wel voor een individuele actie. Dat baart me heel veel zorgen.” ElForkani schrok dan ook van een woensdag opgedoken filmpje van een Nederlandse jihadist die zichzelf ‘Muhajiri Sháám’ noemt, Arabisch voor ‘immigrant in Syrië’. Hij riep op tot „een stevige daad tegen de Nederlandse overheid”.
Om dat te voorkomen, moet het kabinet meer doen dan alleen F-16’s sturen, zegt ElForkani. Volgens de jongerenimam moet Nederland ook zorgen voor zijn thuisfront, de samenleving hier. „De boel bij elkaar houden. Dat wordt vaak als slap bestempeld, maar juist daar moet je een leider voor zijn. Er spelen incidenten, de islamofobe krachten groeien. Spanningen hebben we al. Voor mij is het een strijd die we met zijn allen moeten voeren, dat de rechtsstaat voor iedereen is, ongeacht iemands etnische of religieuze achtergrond.”
Een voorbeeld van hoe het volgens ElForkani niet moet, is het recente optreden tegen twee gezinnen uit Huizen, die naar het kalifaat van Islamitische Staat zouden willen vertrekken. De ouders werden gearresteerd, zes kinderen werden uit huis geplaatst. „De overheid kiest dan voor populistisch handelen en het paspoort afpakken. Het gaat erom dat de rechtsstaat voor iedereen is, zelfs voor mensen die we als dader bestempelen. Uiteindelijk maakt populisme de rechtsstaat kwetsbaar.”