De raad voerde op verzoek van het college een tussentijdse evaluatie uit bij tien Rotterdamse culturele instellingen, zoals Luxor Theater, Maritiem Museum, Scapino Ballet, Theater Rotterdam en Witte de With. Ze constateerde dat de culturele sector „zeer flexibel en bijzonder vindingrijk is”, maar dat de artistieke en financiële grenzen zijn bereikt.

„Forse bezuinigingen en grote economische en maatschappelijke veranderingen raakten alle culturele instellingen bijzonder hard. Inkomsten uit sponsoring liepen drastisch terug en bezoekersaantallen daalden als gevolg van de economische crisis. Ook landelijke ingrepen in fondsen hadden een grote impact op deze organisaties. Om zich staande te houden zijn verregaande aanpassingen gedaan aan de artistieke en/of organisatorische koers”, aldus de raad.

Verschillende instellingen zijn op allerlei manieren gaan samenwerken en naar nieuwe geldstromen gaan zoeken om het hoofd boven water te houden. De raad vindt dat de financiële en personele grenzen nu zijn bereikt. „Veel instellingen hebben een minimale personeelsbezetting en presenteren of produceren het maximaal haalbare aantal culturele activiteiten. Bovendien zijn vrijwel alle theaters in Rotterdam al 1 of 2 dagen gesloten.”

Rotterdam blijft volgens de RRKC alleen leidend op de lijstjes van de Rough Guide, Lonely Planet of New York Times als ook in de toekomst de culturele instellingen blijven zorgen voor een levendige en bruisende binnenstad.