Aantal vossen op Walcheren neemt toe
WESTKAPELLE. De vos rukt op op Walcheren. Het roofdier houdt zich al een paar jaar op in het gebied Oranjezon bij Oostkapelle, maar sinds kort wordt er ook regelmatig een vos gesignaleerd bij Westkapelle. Bij de Westkappelse Kreek heeft een vos vorige week een aantal kippen doodgebeten, meldt Staatsbosbeheer.
Boswachter Karel Leeftink had min of meer wel verwacht dat de vossenpopulatie op Walcheren zou groeien. „Misschien is het zelfs verwonderlijk dat de dieren niet eerder deze kant op kwamen.”
De boswachter sprak onlangs nog iemand uit Westkapelle die een vos heeft gespot. „Nota bene aan de K. de Vosweg.”
De vos die de kippen heeft doodgebeten zou zich volgens inwoners van Westkapelle al vier weken in en om het dorp ophouden. Het dier sloeg afgelopen week toe bij de kreek. Leeftink: „Iemand heeft daar een moestuintje, een schuurtje en wat struikjes. Het is een beetje een rommelhoekje zonder omheining waar die vos dus makkelijk kon toeslaan.”
Hoeveel kippen er precies zijn doodgebeten weet hij niet. Leeftink houdt het op twee of drie. Aanvankelijk ging in het dorp het gerucht dat de vos een hele groep eenden bij de kreek te grazen had genomen, maar dat verhaal verwijst Staatsbosbeheer naar het rijk der fabelen.
Ook werd er gezegd dat dorpsbewoners afgelopen weekend wel twintig vossen in het dorp hadden gespot. Maar dat kan volgens de boswachter niet kloppen. „Twintig lijkt me niet waarschijnlijk. Maar het is waar dat vossen meestal niet alleen zijn. Ze gaan gewoonlijk in familieverband op pad: mannetje, vrouwtje en kinderen. Maar groepen van twintig vossen staan de dieren zélf niet toe.”
Leeftink wijst erop dat overal in Zeeland de vossenpopulatie toeneemt, vooral ten oosten van Goes. „Het dier heeft het tij mee. Er is volop voedsel, het is een goed muizenjaar en er zijn veel konijnen. Met name het Walcherse landschap is ontzettend groen geworden. Het is niet meer te vergelijken met de kaalheid die er na de inundatie van 1944 heerste. Overal zijn hoekjes waar volop voedsel te halen is en er is veel beschutting. Daarnaast hebben sommige vossen hun natuurlijke schuwheid een beetje afgelegd omdat ze tegenwoordig minder worden bejaagd.”
Er is volgens de boswachter een verband tussen toename van het aantal vossen in Zeeland en de grote vossenpopulatie in Noord-Brabant en aan de Hollandse kust. In die gebieden leven er al zo veel dat de jongen genoodzaakt zijn op zoek te gaan naar nieuwe leefgebieden.
Leeftink wijst erop dat van de jonge vossen in Nederland nog altijd 60 procent in het eerste levensjaar omkomt door honger, jacht, gevechten met andere beesten of verkeersongelukken. „Het zijn vaak de sterkste en de slimste die overleven.”