Muziek

Concertverslag: Gerrit Christiaan de Gier in de Grote Kerk te Schiedam

Tijdens de zomer doet de RD-muziekredactie wekelijks verslag van een orgelconcert ergens in Nederland. Vandaag deel 3: Gerrit Christiaan de Gier in de Grote of St.-Janskerk te Schiedam.

Sjaak Bezemer
30 July 2014 10:48Gewijzigd op 15 November 2020 12:08
Het orgel van de Grote Kerk in Schiedam.                  Beeld De Koning
Het orgel van de Grote Kerk in Schiedam. Beeld De Koning

Schiedam heeft een naam op te houden als stad van de jenever. Als je de stad binnenrijdt, zijn het eerste wat je ziet de enorme molens die boven de historische gebouwen uitsteken. Ze zijn daar neergezet om het moutgraan te malen dat voor het destilleren van jenever werd gebruikt. Schiedam had er ooit twintig. Nu staan er nog vijf, waarvan er één, De Nolet, tegenwoordig energie produceert.

Maar daar kwamen we niet voor naar Schiedam. We zoeken de Grote of St-Janskerk op om te luisteren naar organist Gerrit Christiaan de Gier, die het orgel zal bespelen.

Het unieke wat direct opvalt als je de kerk binnenkomt, zijn de rijk versierde kassen die over de hele breedte van de middenbeuk het orgel een imposant aanzien geven. De pijpen uit het front en een Quintadeen zijn het enige wat nog rest van het originele instrument zoals dat in 1555 werd gebouwd door Hendrik Nijhoff. Binnen die kas heeft de Schiedamse bouwer Standaart in de negentiende eeuw een geheel nieuw instrument gebouwd.

In de jaren zeventig van de vorige eeuw werd de kas door Flentrop nogmaals van een nieuw instrument voorzien. Wie het orgel nu hoort, krijgt de indruk dat Flentrop aansluiting heeft gezocht bij het klankbeeld dat Nijhoff indertijd voor ogen heeft gestaan. Enkele jaren geleden werd door Pilgrim, die al eerder een Cymbelster had toegevoegd, een fagot 32’ gebouwd. Schiedam beschikt nu over een instrument dat er zijn mag en waarop organisten uit binnen- en buitenland graag komen spelen.

De Orgelconcertserie telt elf concerten per seizoen. Elk jaar slaagt men erin een aantal gerenommeerde organisten naar Schiedam te halen. Zo speelde gisteravond Gerrit Christiaan de Gier een concert met als thema ”Johann Sebastian Bach: componist en inspirator”.

Wij denken wel eens dat Bach na zijn dood snel vergeten was. Misschien bij het publiek, maar niet bij de componisten. Beethoven zei eens: „Bach? Meer (zee) soll er heissen.” Met name tijdens de Romantiek stond Bach bij veel componisten bovenaan in hun waardering. Dat is te merken in de vele transcripties en bewerkingen die van zijn muziek werden gemaakt.

Wat mij opviel, was het respect waarmee componisten als Liszt en Widor omgingen met het door hen gekozen materiaal. Liszt had nogal eens de neiging om voor wat extra vuurwerk te zorgen, maar daar was hier niets van te merken. De Gier maakte gebruik van heldere registraties, zodat de drie bewerkingen prachtig tot hun recht kwamen, met name ”Einleiting und Fuge aus der Kantate ”Ich hatte viel Bekümmernis””.

Bach zelf was met twee werken vertegenwoordigd: de bekende variaties op ”Sei gegrüset, Jesu Gütig”, waarin de organist nog eens de rijke mogelijkheden van het Flentroporgel demonstreerde, gevolgd door Toccata, Adagio und Fuge in C BWV 564, een schitterend en virtuoos stuk dat met veel elan werd neergezet.

Ten slotte zorgde de solist voor een prachtig slot: Widors bewerking van het slotkoor van de Matthäus Passion. En laat Widor nu dit slotkoor met een majeurakkoord eindigen! De enthousiaste reactie van het publiek toonde aan dat het gebodene eigenlijk een schot in de roos was: onbekende muziek in combinatie met Bach.

Het aantal bezoekers viel wat tegen: 25. Normaal komen er 60 of meer, aldus de heer Koogje, die deze concerten mede organiseert. Waarschijnlijk komt dit door het warme weer en de pas begonnen vakantie. Voor Gerrit Christiaan de Gier maakt het allemaal niet zo veel uit. „De muziek geeft mij zoveel als ik daar boven zit, dat ik daar helemaal niet aan denk”, zegt hij.

De concertgever roemt tijdens een kort nagesprek de veelzijdigheid van het instrument. Je kunt er in feite alles op spelen. Het speelt soepel en heeft veel klankmogelijkheden, aldus de organist die volgende week tien dagen naar Zuid-Afrika hoopt te gaan om er een vijftal concerten te geven. Hij is dan onder meer te horen in Port Elizabeth, Johannesburg en Pretoria. Op mijn vraag of de muziek van Liszt voor orgel een zelfde soort virtuositeit vraagt als zijn pianomuziek, antwoordt De Gier dat hier en daar wel merkbaar is dat Liszt vooral pianist was, maar dat dit nergens tot problemen leidt.

Over veertien dagen speelt Kees van Eersel in Schiedam, ook een programma met veel Bach.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer