Bij de ramp met vlucht MH17 van Malaysia Airlines kwamen donderdag bijna 300 mensen om het leven. Onder hen waren 193 Nederlanders. Het toestel werd neergeschoten boven Oekraïne, bij de grens met Rusland.

De bijeenkomst in Nieuwegein komt nadat er op tal van plaatsen in het land al op kleinere schaal herdenkingen en samenkomsten zijn geweest. Ook de komende tijd vinden op scholen, bij sportclubs en in kerken nog talloze bijeenkomsten plaats. Bij geïmproviseerde gedenkplekken worden bloemen, tekeningen en bidprentjes neergelegd, in gemeentehuizen zijn condoleanceregisters neergelegd en er worden overal in het land stille tochten en gedachtenisdiensten georganiseerd.

In Rotterdam is maandagmiddag een herdenkingsbijeenkomst voor het omgekomen echtpaar Jenny en Popo, eigenaars van restaurant Asian Glories in de Leeuwenstraat. Na de samenkomst begint om 19.00 uur op het Schouwburgplein een herdenkingsmars. Ook in Amsterdam worden een stille tocht en een bijeenkomst op het Museumplein voorbereid. Mensen komen overal samen om te rouwen om het verlies van hun dierbaren: van een volleybalvereniging in Wijchen tot studentenverenigingen in Utrecht en Groningen, van een Albert Heijn-filiaal in Utrecht en een vestiging van Spar in Amstelveen tot het hoofdkantoor van Shell in Den Haag.

Rijkswaterstaat schrapte vanwege de vliegtuigcrash de feestelijke opening van de gerenoveerde Coentunnel bij Amsterdam. Ook de finish van de Nijmeegse Vierdaagse verliep vrijdag al zonder feestmuziek en vlagvertoon.

Op het ministerie van Veiligheid en Justitie in Den Haag ligt het landelijke condoleanceregister. Dat is ook op andere plekken in het land te tekenen. De registers zullen op een later tijdstip worden samengevoegd. Maandag werden nog in veel gemeenten condoleanceregisters geopend, bijvoorbeeld in het gemeentehuis van Amersfoort, Zoetermeer, Bunnik, Oss en Oosterhout. Ook op de Nederlandse ambassade in de Thaise hoofdstad Bangkok kunnen mensen vanaf maandag een register tekenen.

Enkele partijen in de Tweede Kamer, waaronder de VVD en SGP, dringen aan op het instellen van een officieel en collectief herdenkingsmoment. Daarbij lieten Kamerleden ook de term ‘nationale rouw’ vallen. Van nationale rouw was in Nederland voor het laatst sprake na de dood van prinses Wilhelmina in 1962.