„Aandacht voor beroepspraktijk nodig in voortgezet onderwijs”
ROTTERDAM. Het voortgezet onderwijs zal in de toekomst persoonlijker en meer prak- tijkgericht worden. Dat zei onderwijsdeskundige M. J. Hoefeijzers donderdag tijdens een bijeenkomst van het Wartburg College.
In het onderwijs voorziet hij grote ontwikkelingen „waarbij niet de lessen, maar de leerling centraal staan.” Hoefeijzers, voormalig bestuurder van het roc Da Vinci College in Dordrecht, sprak over de toekomst van het beroepsonderwijs tijdens een jubileumbijeenkomst van locatie De Swaef van het Wartburg College.
Hij riep de vmbo-, havo- en vwo-afdelingen op meer samen te werken om multi-leveldiploma’s mogelijk te maken. „Waarom kan een vwo-leerling die goed is in wiskunde, maar minder goed in talen, geen vwo-diploma halen voor het ene vak en een havo-diploma voor het andere vak?”
Het dreigende tekort aan arbeidskrachten zal er volgens de onderwijsexpert toe leiden dat scholen zich meer op de arbeidsmarkt moeten gaan richten. „De algemene vakken zullen leerlingen daarom moeten voorbereiden op de praktijk.” In het vmbo en mbo is die trend al zichtbaar. „Leerlingen moeten van de overheid een diploma halen. Die druk vanuit de overheid heeft binnen het vmbo en mbo geleid tot een zoektocht naar persoonlijk talent en een persoonlijke benadering”, aldus de voormalige roc-bestuurder.
Het kan niet anders of ook het universitair en hoger beroepsonderwijs moe- ten mee in die ontwikkeling, aldus Hoefeijzers. De opkomst van technasia –havo en vwo-scholen met extra aandacht voor technische vakken– is volgens Hoefeijzers veelzeggend. „Dat is een signaal dat deze leerlingen niet alleen theoretisch willen leren. Ook leerlingen met een hoog cognitief niveau willen werken aan een project. De structuur van de 50 minutenles moet daarvoor worden doorbroken.”
In het onderwijs moet meer nadruk komen op persoonlijke vaardigheden, aldus de onderwijsadviseur. „Niet meer het curriculum is het belangrijkste, maar dat wat een leerling kan leren.”
Individu centraal
Docenten moeten zich verdiepen in individuele leerlingen, willen ze slagen. „Die les moeten de havo- en vwo-scholen zich aantrekken. Daar staat te veel het curriculum centraal.”
Hoefeijzers wees op een recent rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Daarin wordt gevraagd om onderwijs dat „competente rebellen” opleidt, creatieve leerlingen die niet worden beknot in hun ontwikkeling maar iets mogen doen. „Daarvoor is het wel nodig dat bestaande structuren doorbroken worden”, aldus Hoefeijzers.
Ook W. Büdgen, voorzitter van de raad van bestuur van het Wartburg College, onderstreepte het belang van het beroepsonderwijs. „De basisvorming is een van de meest fatale onderwijskeuzes in ons land geweest”, constateerde hij. „De basisvorming met twee jaar avo-vakken heeft heel demotiverend gewerkt voor beroepsgerichte leerlingen. Nu is een wissel omgezet door leerlingen uit te dagen.”
Nieuw concept De Swaef
Het Beroepencollege De Swaef is de vmbo-locatie van de reformatorische scholengemeenschap Wartburg College. Deze week stond het college stil bij de introductie van een nieuwe onderwijsconcept op de locatie, vier jaar geleden. Daarin krijgen leerlingen vanaf de eerste schooldag praktijklessen.
De nieuwe onderwijsvorm heeft in vier jaar tijd geleid tot een forse stijging van het aantal leerlingen. Ook de examenresultaten zijn in die vier jaar verbeterd.
De eerste leerlingen die les kregen volgens de nieuwe onderwijsmethode studeerden dit jaar af. Om die reden kreeg de diploma-uitreiking een feestelijk tintje. De Rotterdamse onderwijswethouder H. de Jonge reikte de kandidaten het papiertje uit.