Binnenland

Duimen draaien voor Nederlands JSF-team in Florida

EGLIN AFB. Opnieuw forse tegenslag voor de F-35; alle toestellen staan in de Verenigde Staten aan de grond. Terwijl Nederland al achterloopt in het programma.

Riekelt Pasterkamp
5 July 2014 18:13Gewijzigd op 15 November 2020 11:45
Het eerste Nederlandse testtoestel, de F-001. beeld Lockheed Martin
Het eerste Nederlandse testtoestel, de F-001. beeld Lockheed Martin

Eglin Air Force Base –kortweg Eglin– ligt in de pannensteel van Florida. Het is er bijna altijd zonnig. De Golf van Mexico is vlieg­gebied. Amerikanen, Britten en Nederlanders testen vanaf Eglin hun nieuwste gevechtstoestel, de F-35, ook bekend als Joint Strike Fighter (JSF). Het is voor het eerst dat Amerikanen zo’n test samen met buitenlanders uitvoeren.

In september vorig jaar besloot de Nederlandse regering tot aanschaf van 37 F-35’s voor een maximumbedrag van 4,5 miljard euro. Nederland kocht al twee testtoestellen, de F-001 en de F-002. Defensie hoopt volgend jaar het contract voor de resterende toestellen te tekenen. Die komen vanaf 2019 naar Nederland.

Het was naar verluidt een onschuldig brandje op 23 juni bij de start van een F-35 op Eglin. Snel geblust, piloot veilig, niks aan de hand. Alle A-versies van het hightech gevechtsvliegtuig bleven enkele dagen aan de grond.

Maar deze week greep het Pentagon in: alle ruim honderd F-35’s in de Verenigde Staten mogen niet vliegen tot duidelijk is wat de oorzaak van de brand in de motor was. Een opmerkelijke stap van de hoogste generaals: het complete opleiding- en testprogramma van het duurste Amerikaanse wapenprogramma ooit valt stil. Dat kost miljoenen dollars per dag.

Ook raar: op internet staat geen enkele foto van het voorval op 
23 juni. Zelfs vliegtuigspotters staan met lege handen. „Het was geen brand, maar een explosie”, zegt een anonieme bron op Eglin. „De motor schoot door de huid van het toestel en kwam in onderdelen op de startbaan.”

Het incident komt op een ongelegen moment. De F-35 zou volgende week zijn Europese debuut maken tijdens twee luchtvaartshows in Groot-Brittannië. Vier toestellen hadden de oversteek al moeten maken. Of ze alsnog komen, is onzeker. Het nachtmerrie­scenario is dat een F-35 voor het oog van de wereld pech krijgt.

Ook de twee Nederlandse F-35’s mogen niet vliegen. Standaardprocedure, probeerde een defensiewoordvoerster vrijdag de zaak te sussen. Eén toestel staat op Eglin, aan het andere worden aanpassingen doorgevoerd op de basis Hill in Utah, zo zei ze.

Niet helemaal waar. De F-001 op Hill is klaar en kan worden overgevlogen naar Florida. De F-002 moet juist van Eglin naar Hill voor de configuratie. Maar nu dus even niet. Het Nederlandse F-35-team in Amerika kan weinig anders doen dan duimen draaien.

En dat terwijl de trage politieke besluitvorming over de F-35 het team toch al parten speelt. „We zijn gestart met een jaar achterstand”, zegt kolonel Bert de Smit, commandant van de Nederlandse opleiding- en trainingseenheid. „Hoewel we veel van de verloren tijd hebben ingehaald, zijn er soms nog problemen. Met een bepaald computersysteem kunnen we bijvoorbeeld pas twee maanden later aan de slag dan we willen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer