Van de 23 dodelijke misdrijven in Limburg vonden er zeventien plaats in Zuid–Limburg. Volgens de Limburgse politie is er sprake van een explosieve toename. In 2001 en 2002 vielen er zes dodelijke slachtoffers door geweld. Volgens de politie gaat het om incidenten, waarin geen duidelijke lijn valt te ontdekken. De motieven lagen in de relationele sfeer, gingen om drugs of geld.

De zeventien slachtoffers in het zuiden van de provincie vielen bij twaalf incidenten met dodelijk geweld. Zo schoot een man eind oktober in Kerkrade zijn ex–vriendin, haar ouders en haar broer dood.

Volgens de politie zijn de meeste moord– of doodslagzaken van dit jaar opgelost, maar de politie Limburg Zuid zegt meer agenten nodig te hebben om het vele werk aan te kunnen. Door het grote aantal moordzaken blijven relatief kleinere zaken, die toch maatschappelijke onrust kunnen veroorzaken, op de plank liggen.

Om de haverklap moet de politie de hulp inroepen van korpsen uit Brabant. „De problematiek hier is te vergelijken met die in de Randstad, en toch hebben we hier minder agenten", aldus een woordvoerder van de politie.

Amsterdam telde 41 doden door moord of doodslag. Tien van hen werden geliquideerd. Vorig jaar werden in de hoofdstad 25 dodelijke geweldsmisdrijven gepleegd. De teller heeft sinds 2000, toen 48 mensen omkwamen door een misdrijf, niet meer zo hoog gestaan.

De eerste helft van het jaar was het gewelddadigst met 22 doden. Het Amsterdamse criminele milieu is in ieder geval verantwoordelijk voor tien van de moorden. De politie zei in maart dat „de golf van liquidaties nog niet over was in de Amsterdamse onderwereld", en bleek gelijk te hebben. Meest bekend, en nog onopgelost, zijn de liquidaties op crimineel Cor van Hout en horecabaas Bertus Lüske. Begin december vond op een drukke zaterdagmiddag een schietpartij plaats op de Dam waarbij een Bulgaarse drugshandelaar werd doodgeschoten. De politie rekende de verdachte na tips van getuigen in.

Een andere geruchtmakende dood was die van Anja Joos. Zij werd doodgeschopt toen medewerkers van een supermarkt in de Pijp dachten dat zij een blikje bier had gestolen en dusdanig geweld gebruikte dat de Amsterdamse het niet overleefde. Later bleek dat Joos haar boodschappen had afgerekend.

De Utrechtse politie had een buitengewoon rustig jaar, met slechts één moord. Het betrof een jongetje van drie dat in april in een ziekenhuis overleed. Verdachten in deze zaak zijn zijn moeder en haar vriend. In 2002 vielen er zeven doden als gevolg van moord en doodslag.

Volgens een woordvoerder van de Utrechtse politie heeft het korps echter „genoeg zaken gehad, die veel politiecapaciteit eisten". Hij wijst daarbij op de Campina–afpersingsaffaire, die door de Utrechtse recherche werd opgelost en het heropende onderzoek naar de in 1986 vermoorde 11–jarige Arthur Ghurahoo. Daarnaast stelt de woordvoerder dat dankzij forse inspanningen van de politie de criminaliteit in de Domstad de eerste negen maanden van dit jaar 20 procent lager lag dan een jaar eerder.

Rotterdam–Rijnmond had vorig jaar nog de hoofdprijs met 41 doden door geweld, in 2001 waren dat er zelfs 46. Dat aantal is dit jaar met 28 aanzienlijk gedaald. De meesten vonden de dood in Rotterdam, zes van hen in de regio, onder wie een 31–jarige Schiedamse die in december met haar twee zoontjes van 5 en 9 jaar werd omgebracht door haar vriend.

De politie heeft nog niet alle zaken opgelost. In totaal lopen er nog twaalf onderzoeken, waarvan negen binnen de stad Rotterdam. Ook zeven zaken uit 2002 zijn nog niet opgelost.

In de regio Haaglanden was sprake van een stijging. Dit jaar vielen er 21 doden door geweld tegen veertien vorig jaar. Dat cijfer noemde de politie vorig jaar overigens extreem laag. De politie behaalde fraaie resultaten wat betreft het oplossen van de misdrijven. In achttien van de twintig zaken zijn verdachten aangehouden of heeft de politie sterke vermoedens omtrent de dader(s).