In februari werden vier ambtenaren op non-actief gesteld. Dat gebeurde na een onderzoek door een recherchebureau in opdracht van de provincie, waarop later veel kritiek kwam. Het bureau zou de ambtenaren hebben afgeluisterd en hun auto’s hebben gevolgd door er een zender in te verbergen. De twee andere ambtenaren krijgen geen ontslag, maar een andere functie.

Volgens de provincie zijn inderdaad enkele auto’s, waarvan één privé, door het recherchebureau voorzien van een baken. Op die manier werd aangetoond dat één van de ambtenaren „veelvuldig declaratieformulieren frauduleus heeft ingevuld, ongeoorloofd afwezig was en privé-activiteiten ondernam in werktijd”. Tichelaar en Brink ontkennen dat ambtenaren zijn afgeluisterd. Wel zijn gesprekken die met een mobiele telefoon zijn gevoerd „achteraf gevolgd”.

Daaruit bleek dat een van de nu ontslagen ambtenaren, een teamleider, de geschorste collega’s informeerde over het verloop van het fraude-onderzoek. „Hij deelde vertrouwelijke informatie en bracht daarmee het onderzoek in gevaar”, aldus de provincie. Volgens CdK Tichelaar is er van onoorbare onderzoeksmethodes geen sprake.