Van Vulpen en wethouder Landwehr van Vianen droegen het zwaard donderdag over aan de Utrechtse gedeputeerde Pennarts-Pouw.

Volgens de gemeente Vianen is het zeer bijzonder dat dit zwaard is opgedoken. „Al in de Karolingische tijd waren deze zwaarden speciaal en behoorden ze toe aan de elite”, liet de gemeente in een persbericht weten.

Van Vulpen, monteur bij drinkwaterbedrijf Oasen, vond het zwaard vorige maand in de modder toen hij een brandkraan installeerde op het nieuwe bedrijven­terrein Gaasperwaard in Vianen. „Vroeger stroomde door dit gebied een rivier, wat de vondst van het zwaard op deze locatie kan verklaren. Mogelijk heeft een hoge edele uit de Karolingische tijd het zwaard ooit als offer in de rivier geworpen”, aldus de gemeente.

Van Vulpen is verrast dat het zwaard zo bijzonder is. Aanvankelijk legde hij het voorwerp in de kofferbak van zijn bestelbus. „Het leek een stuk oud roest. Een paar dagen later heb ik contact gezocht met de gemeente. Ik wist eigenlijk niet zo goed wat ik er mee moest, maar had toch wel het idee dat het bijzonder was.”

De archeoloog van de gemeente ontdekte dat het om een bijzonder voorwerp ging. „Geweldig dat ik tegen zo iets moois ben aan­gelopen”, aldus de Meerkerker.

Ook de archeologen van de provincie Utrecht realiseerden zich dat het om een zeldzame vondst was. In de provincie Utrecht zijn slechts enkele van deze zwaarden bekend. De laatste is vorig jaar bij het uitbaggeren van de Vecht gevonden.

De provincie Utrecht heeft aangeboden om het zwaard in het provinciaal archeologisch depot op te nemen. De komende maanden wordt het wapen weer in goede staat teruggebracht. Daarna gaat de gemeente Vianen proberen het zwaard in bruikleen te krijgen, zodat het in het stadhuis van Vianen voor publiek kan worden tentoongesteld.