Staat verdedigt rol in Srebrenica
DEN HAAG (ANP). Nederlandse militairen hebben gedaan wat zij konden na de val van Srebrenica. De Staat gaf bovendien geen orders aan de soldaten, dat deden de VN.
Met die inmiddels bekende argumenten verdedigde de Nederlandse staat zich maandag in de rechtbank in Den Haag tegen de Moeders van Srebrenica, die de Staat juist hadden aangeklaagd voor de gevolgen van de val van de moslimenclave in 1995. Dat leidde uiteindelijk tot de massamoord op zeker 8000 moslimmannen en -jongens.
De Moeders vinden dat de Staat wel degelijk verantwoordelijkheid draagt voor het drama dat zich in 1995 op de Balkan voltrok. Advocaten van de vrouwen noemden de acties van de Nederlandse staat een „wanprestatie” en een „onrechtmatige daad”. Volgens de stichting Moeders van Srebrenica heeft de regering VN-orders overruled en de militairen opgeroepen om vooral zelf heelhuids uit het conflict te komen. Bovendien zouden de Dutchbatters, die onder de vlag van de VN in Bosnië actief waren, hebben meegeholpen aan deportatie en oorlogsmisdaden niet hebben gemeld.
Niets van waar, aldus de advocaten van de Staat. Tot afgrijzen van de aanwezige Moeders van Srebrenica zeiden zij dat de Nederlanders niet anders konden dan meehelpen aan de evacuatie van de vluchtelingen na de val van Srebrenica. Die evacuatie werd gestart en geleid door Servische troepen. De Nederlanders hadden een genocide niet kunnen voorzien.
Een eerdere procedure tegen de VN strandde bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. De Moeders hopen echter dat de zaak tegen de Nederlandse Staat kansrijker is na een uitspraak van de Hoge Raad in september 2013. Die besloot toen dat Nederland een schadevergoeding moest betalen voor de dood van drie mannen na de val van de enclave. De Nederlandse militairen handelden in die individuele gevallen onrechtmatig, waardoor de Staat verantwoordelijk was voor hun dood.
Volgens de advocaten van de Staat staat die uitspraak los van de zaak van maandag. De uitspraak zegt namelijk niets over de afweging die gemaakt is door de militairen bij vluchtelingen die geëvacueerd werden of zelf vertrokken.