Honderd brandweerlieden en minstens 12 blusvoertuigen van brandweerkorpsen uit de wijde omgeving zijn ingezet bij het bestrijden van de vuurhaard. De brandweer had last van de wind en kon het gebied moeilijk bereiken omdat veel blusvoertuigen niet geschikt zijn om er te rijden. Het lukte de brandweerlieden een barrière van zand op te werpen, die zorgde dat het vuur zich niet verder kon verspreiden.

„De brand is nagenoeg uit maar de brandweer blijft de hele avond en nacht met warmtekijkers in het Nationaal Park voor het geval het vuur toch weer oplaait”, aldus een politiewoordvoerder. Hoe de brand is ontstaan is niet bekend en zal volgens hem misschien nooit worden achterhaald. „Een brandende sigarettenpeuk zou kunnen of een stukje glas waar de zon op schijnt waardoor het als vergrootglas gaat werken.” Dinsdag wordt bij daglicht de omvang van de schade in kaart gebracht.

Omdat alles nog dor is, is de kans op natuurbranden in het vroege voorjaar erg groot. Vooral veel kleine dieren zoals reptielen, pasgeboren vogels, muizen, vlinders en insecten hebben bij een brand weinig kans om te overleven, zei boswachter Jan Brabers maandag. Hij schat dat een groter gebied van wel 50 hectare verloren is gegaan. Het herstel zal volgens hem jaren gaan duren.

Het gebied van de Loonse en Drunense Duinen is ruim 3500 hectare groot en ligt tussen Tilburg, Waalwijk en Den Bosch. Met jaarlijks anderhalf miljoen bezoekers is het één van de populairste natuurgebieden van Nederland.