Gijsbert Boggia, bestuurder bij Abvakabo, zegt dat er vooral onvrede is over de begeleiding van werk naar werk voor de mensen die ontslagen worden. „Ze moeten blijven werken tot het moment dat hun ontslag ingaat. Ze worden niet vrijgesteld om een nieuwe baan te zoeken, wat wel gebruikelijk is. Ze kunnen er een aantal uren per week aan besteden, maar het werk moet wel doorgaan.”

Daarnaast is er volgens de bonden te weinig geld beschikbaar om bijvoorbeeld een opleiding te volgen. „300 tot 1800 euro krijgen mensen daarvoor”, weet Karin Kasper, bestuurder bij CNV Publieke Zaak. „Met alle respect, maar daar krijg je weinig voor vandaag de dag.” Volgens Kasper zijn de CNV-leden „erg boos”.

De bonden zijn van mening dat er te veel mensen gedwongen ontslagen worden. „Philadelphia heeft een gezonde financiële positie, ze maken nog steeds winst, ze hebben een stevig eigen vermogen en veel liquide middelen”, stelt Boggia. Ook het voorstel voor een vrijwillige vertrekregeling vindt Abvakabo te karig.

Abvakabo FNV, CNV Publieke Zaak en nog vier kleinere bonden willen opnieuw om de tafel met Philadelphia over het sociaal plan.

In een eerste reactie laat Philadelphia weten teleurgesteld te zijn. „We hebben met de bonden overlegd en zijn tot een onderhandelingsresultaat gekomen”, meldt een woordvoerster. De onderhandelingsresultaten zouden neutraal worden voorgelegd aan de achterban van de bonden, maar de woordvoerster betwijfelt of dat echt neutraal gebeurd is. „Ze komen nu met nieuwe argumenten die nog niet eerder zijn besproken. Wij beraden ons momenteel op hoe we verder moeten.”