„Werknemers hebben recht op mate van privacy”
RIJSWIJK (ANP). De scheidslijn tussen de privacy van de werknemer en het bedrijfsbelang wordt steeds vaker opgerekt. Dankzij computertechnologie is het mogelijk werknemersprestaties te meten, mailboxen te controleren en chauffeurs via de GPS overal te volgen, zelfs in hun lunchpauze.
„Zowel werkgevers als werknemers denken dat alles wat technisch mogelijk is, meteen ook is toegestaan”, zegt ICT-jurist Arnoud Engelfriet, auteur van het boek Internetrecht in gewone taal.
Het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) maakte dinsdag bekend dat vorig jaar 900 keer geklaagd is over inbreuken in de persoonlijke levenssfeer van werknemers. Dat is 17 procent meer dan in 2012. Klachten gaan onder meer over ongeoorloofd cameratoezicht, computer- en mailgebruik, gedragingen op sociale media en medicijngebruik.
Volgens Engelfriet hebben werknemers recht op een bepaalde mate van privacy. Dat recht wordt niet altijd uitgeoefend uit vrees voor verlies van werkgelegenheid. „Je moet de situatie vertalen naar de gewone wereld. Niemand vindt het normaal zijn tas elke dag te laten controleren door de werkgever. Waarom dan wel toestaan dat je baas je mailbox bekijkt?”
Hij beseft wel dat het een wankel evenwicht is. „Het is crisis. Bedrijven hebben het moeilijk. Dan wil je niet dat werknemers de hele dag op Facebook zitten.”
Engelfriet constateert in navolging van het CBP dat de technologische mogelijkheden vaker tot geschillen leiden. Hij noemt de gemeente Amsterdam, die mailboxen op de afdeling klantenservice wilde kunnen bekijken. „Het Gerechtshof heeft Amsterdam teruggefloten. Het was met goede bedoelingen, want burgers verwachten binnen drie dagen antwoord en een medewerker kan ziek worden. Nu moet het anders worden opgelost.”
Prof. Paul van der Heijden, hoogleraar arbeidsverhoudingen aan de Rijksuniversiteit Leiden, zegt dat de overheid werknemersrechten dient te beschermen. Maar: „Het recht op privacy is wel beperkt. Je mailt tenslotte in de tijd van de baas.”
Veel hangt volgens Van der Heijden af van fatsoenlijke verhoudingen tussen werkgevers en medewerkers. Zo moeten werknemers niets lelijks zeggen over hun bedrijf op sociale media. Het is volgens hem eveneens logisch dat werknemers medische bijzonderheden melden, wanneer dat van invloed is op het werk. „De hoofdregel is dat medische kwesties privé zijn, maar het gaat niet lekker samen wanneer je chauffeur bent en de ziekte van Parkinson hebt.”
Evenmin is het vreemd dat een werkgever bij vermoeden van diefstal cameratoezicht houdt. „Dat is geoorloofd. Daar is voldoende jurisprudentie over.”
Volgens Van der Heijden worden afspraken bij grote concerns vastgelegd in protocollen, goedgekeurd door de ondernemingsraad. „Die afspraken zijn aan de veranderende tijdgeest onderhevig. Een streng alcoholbeleid is nu bijna algemeen geaccepteerd.”