Verdachte kinderpornozaak werkte op basisschool
Een van de verdachten die deze week in de zaak van een landelijk kinderpornonetwerk zijn opgepakt, werkte op een basisschool in het Friese Kollum. De directeur van de basisschool heeft dat donderdag bevestigd. Hij gaat ervan uit dat de leerlingen geen slachtoffer van de man zijn geworden. Daar zijn tot nu toe geen aanwijzingen voor.
De 33–jarige man werkte in zijn woonplaats als computer–vrijwilliger op de christelijke Prins Bernhardschool. De man zit in de WAO, omdat hij geestelijk labiel is. Maar desondanks gedroeg de verdachte zich normaal. „Het is een grote schok. We hebben de kinderen in de oudste groepen verteld wat er is gebeurd. Zij waren heel verdrietig en verbaasd. We hebben nooit klachten van ouders over hem gehad, dus wij denken dat hier op school niets is gebeurd,€ zegt directeur G. Dijkstra van de school.
De ouders van de leerlingen zijn inmiddels op de hoogte gesteld. De schoolleiding heeft hun verzekerd dat de verdachte sowieso niet meer mag terugkeren. De school is officieel nog niet ingelicht, maar vrijdag vindt een gesprek met het Openbaar Ministerie (OM) plaats.
De rechter–commissaris bij de rechtbank in Arnhem heeft woensdag het voorarrest van de man tot 15 december verlengd. Het OM in Arnhem behandelt de zaak, maar wil niets zeggen over de achtergrond van de verdachte. Ook zijn advocaat M. Cupido kan niet reageren.
De man zit namelijk in zogenoemde algehele beperking. Dat betekent dat verdachten geen enkel contact met de buitenwereld mogen hebben. Advocaten mogen in dit stadium niets over de zaak naar buiten brengen. Beperkingen worden opgelegd om te voorkomen dat verklaringen van verdachten worden beïnvloed door informatie die ze van buitenaf meekrijgen.
Het netwerk hield zich volgens justitie bezig met de organisatie van seksreizen. De politie arresteerde in dit onderzoek zeven mannen in de leeftijd van 30 tot 74 jaar. De politie verrichtte zaterdag op achttien adressen huiszoekingen in vijftien plaatsen verspreid over het land.
Het onderzoek richt zich op de organisatie van seksreizen naar het buitenland, waaronder Tunesië, Roemenië en Tsjechië. Volgens het OM was daarbij sprake van seksuele contacten met minderjarigen. Justitie onderzoekt ook de mogelijke productie en verspreiding van kinderporno door het netwerk.