De belangenorganisatie had aangedrongen op het overleg met Eurlings, Amnesty International en NOC*NSF nu de Olympische Spelen in Rusland naderen. Het COC maakt zich grote zorgen over de positie van homo’s in het land.

Het COC is dan ook vooral teleurgesteld in de houding van Eurlings die weinig heeft toegezegd om de homorechten rond de Spelen aan te kaarten. „Hij gaat niet bij het Internationaal Olympisch Comité pleiten voor een duidelijke uitspraak over het feit dat de Russische antihomowetten in strijd zijn met het Olympisch antidiscriminatiebeginsel”, aldus COC-voorzitter Tanja Ineke.

Eurlings erkende dat in Nederland anders wordt gedacht over de rechten van homoseksuelen dan in Rusland. „Ik zou nu een grote broek kunnen aantrekken en heel makkelijk stevige woorden kunnen gebruiken. Alleen gezamenlijk kunnen wij wat bereiken. Ik heb daarom voor de weg van de stille diplomatie gekozen, tot aan de Russische vicepremier toe.”

Het IOC neemt de homorechten zeer serieus, zegt Eurlings. De oud-voorzitter van het IOC zou zich er dan ook sterk voor hebben gemaakt. „Dat heeft ertoe geleid dat president Poetin veel meer dan in het verleden heeft gezegd dat de rechten van minderheden in de grondwet staan en dat iedere sporter zichzelf kan zijn.” Hij vond dan ook dat het IOC binnen de huidige regelgeving heeft gedaan wat zij kon doen.

Amnesty International liet weten zich niet alleen zorgen te maken over de homorechten tijdens de Spelen. De mensenrechtenorganisatie vraagt zich ook af hoe het met de mensenrechten in het hele land gesteld zal zijn na het sportspektakel.

Zo vreest directeur Eduard Nazarski dat Rusland de duimschroeven aandraait zodra de aandacht na de Spelen afneemt zoals ook is gebeurd na de Olympische Zomerspelen in China in 2008. „We hebben gezien dat er na de Spelen een golf van onderdrukking kwam. Dat zou ook in Rusland kunnen gebeuren. Russische organisaties vinden het in elk geval een reëel risico”, aldus de Amnesty-voorman.