Binnenland

„Verbod op geweld bij opvoeding nodig”

Het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) en Bureau Jeugdzorg Gelderland pleiten voor een wettelijk verbod op alle vormen van geweld bij de opvoeding. Dat verklaarden ze maandag tijdens een congres over dit onderwerp in Ede.

ANP
2 December 2003 11:13Gewijzigd op 14 November 2020 00:46

Bovendien vinden de instellingen dat alle ouders in aanmerking moeten komen voor opvoedingsondersteuning, zoals het volgen van cursussen.

Het invoeren van een wettelijk verbod op geweld in de opvoeding stond al eerder ter discussie. De Raad voor de Kinderbescherming en het kabinet lieten vorig jaar weten dat ze een dergelijke wet niet zinvol vinden. De toenmalige staatssecretarissen en de Tweede Kamer vonden dat de grens over wat wel en wat niet kan moeilijk is te trekken.

Ook de Kinderbescherming was tegen een wettelijk verbod. Ze vond dat ouders en opvoeders op een andere manier moeten leren dat het geen zin heeft om geweld te gebruiken tijdens de opvoeding.

Het NIZW en Bureau Jeugdzorg Gelderland deden maandag echter een oproep aan de overheid om artikel 347 van het Burgerlijk Wetboek te wijzigen. Zij vinden dat als norm moet gelden dat ouders zich onthouden van elke vorm van lichamelijk of geestelijk geweld bij de opvoeding van hun kind. De overheid moet hierbij volgens de instellingen een sturende rol krijgen.

In een toenemend aantal Europese landen, waaronder Noorwegen, Denemarken, Duitsland en Italië, bestaat een verbod op het slaan van kinderen. Uit een recente peiling van Ouders Online onder 2700 Nederlandse ouders bleek dat bijna alle (90 procent) vaders en moeders slaan als opvoedingsmiddel afkeuren. Bijna eenderde vindt dat je een kind nooit mag slaan. Daarentegen vindt 60 procent een corrigerende tik soms wel nodig.

Volgens het NIZW en Bureau Jeugdzorg Gelderland keuren veel ouders geweld dan wel af, maar ontbreekt het hen soms aan alternatieven om hun kinderen te corrigeren. Volgens de instellingen kan elke ouder leren om een kind op te voeden zonder geweld. Ze moeten dan wel bereid zijn om bijvoorbeeld een opvoedingscursus te volgen. De overheid moet die opvoedingsondersteuning als basisvoorziening aanbieden, menen de zorginstellingen.

Staatssecretaris Ross (Volksgezondheid) vindt dat de verantwoordelijkheid van gemeenten. Zij heeft een aantal maanden geleden wel samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten afspraken gemaakt om gemeenten die hun jeugdbeleid nog niet voldoende op orde hebben daarbij te helpen.

De bureaus Jeugdzorg moeten zich volgens Ross zo organiseren dat ze bijtijds kunnen achterhalen of er iets misgaat in een gezin. Ze moeten niet alleen hulp bieden als de situatie al uit de hand is gelopen en het gezin zelf aanklopt bij het bureau, maar ook op tijd reageren op signalen van derden.

Daarnaast moet het bureau Jeugdzorg moet ook altijd nagaan of gezinscoaching nodig is. Een gezinscoach moet het gezin ondersteunen en bevorderen dat de noodzakelijke hulpverlening wordt aangeboden, zonder dat hulpverleners langs elkaar werken, zei de staatssecretaris maandag tijdens haar toespraak op het congres in Ede. „Op die manier wil ik voorkomen dat gezinnen verdrinken in hun problemen en in hun wanhoop noodlottige besluiten nemen, die vaak nadelig zijn voor de kinderen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer