Kamer ongerust om koopkrachtverliezen
De Tweede Kamer heeft met verontrusting kennis genomen van specifieke koopkrachtcijfers voor bepaalde kwetsbare groepen. CDA, VVD en D66 willen 50 miljoen euro extra inzetten om chronisch zieken en gehandicapten te ontzien. Maar ook andere groepen gaan er soms tot 8 procent op achteruit.
Wie de wat grovere koopkrachtplaatjes van Prinsjesdag bekijkt, ziet een achteruitgang bij de lagere inkomensgroepen tot maximaal 1 procent. Maar wat iedereen al vermoedde, werd maandag door minister De Geus (Sociale Zaken) per brief aan de Tweede Kamer bevestigd. Voor specifieke, wat kleinere kwetsbare groepen werkt de opeenstapeling van financiële ingrepen door het kabinet veel forser uit. Overigens zowel in negatieve als in positieve zin.
Zo vormen chronisch zieken en gehandicapten een groep waarin de effecten van het kabinetsbeleid sterk uiteenlopen. Velen gaan er 4 tot 5 procent op achteruit, maar 5 procent vooruitgang komt ook voor. Dat is een van de redenen die het politiek gezien zo moeilijk maakt om een adequate compensatiemaatregel voor de chronisch zieken en gehandicapten te maken.
Kwetsbaar zijn verder vooral de mensen die tegelijkertijd worden getroffen door kortingen op de huursubsidie, hogere eigen bijdragen aan kinderopvang en gezondheidszorg, lagere aftrek voor kosten in verband met bijvoorbeeld arbeidsongeschiktheid of ouderdom en de beperking van het ziekenfondspakket. Hoewel het maar zeer weinig voorkomt, kan het koopkrachtverlies oplopen tot wel 8 procent.
De effecten van het kabinetsbeleid blijken zich, geheel volgens verwachting, vooral bij de lagere inkomens voor te doen. Hoe hoger het inkomen, hoe geringer de effecten. Ook hier geldt dat het zowel om negatieve als om positieve effecten gaat. Wie een inkomen van rond de 100.000 euro per jaar heeft, gaat er maximaal 2 procent op voor- of achteruit.
Minister De Geus lijkt niet erg onder de indruk van de cijfers die hij maandag naar de Tweede Kamer stuurde. Hij wijst erop dat effecten van 5 procent en hoger relatief weinig voorkomen. Verder stelt hij vast dat er dus geen verschil is tussen de groep chronisch zieken en gehandicapten en andere groepen met wat lagere inkomens.
De Tweede Kamer reageert daarentegen met verontrusting op de koopkrachtcijfers. Vooral de linkse oppositie (PvdA, SP en GroenLinks) is woedend. „De effecten van het kabinetsbeleid zijn enorm”, aldus PvdA-kamerlid Noorman-den Uyl. „Zowel in positieve als in negatieve zin. Ons gaat het om die negatieve gevolgen. Die zijn in strijd met het najaarsakkoord met de sociale partners. Iedereen zou op de nullijn terechtkomen.”
De coalitiepartijen reageren minder heftig, maar lijken nu wel echt door te zetten waar het gaat om de zwaarder getroffen chronisch zieken en gehandicapten. Tijdens een overleg met minister De Geus, staatssecretaris Wijn (Financiën) en minister Hoogervorst (Volksgezondheid) lanceerden CDA, VVD en D66 dinsdagmiddag het voorstel om 50 miljoen euro vrij te maken voor compensatie.
De drie partijen denken daarbij aan de bijzondere bijstand. Door de inspanningen van de Eerste Kamer is enkele weken geleden geregeld dat gemeenten als vorm van bijzondere bijstand een collectieve ziektekostenverzekering mogen aanbieden aan chronisch zieken en gehandicapten. Volgens het oorspronkelijke voorstel voor de nieuwe bijstandswet, die op 1 januari van kracht wordt, mocht dat nog niet, omdat het geen individuele benadering betreft.
Om de regeling extra inhoud te geven, willen de coalitiepartijen nu extra geld vrijmaken. Dat sluit niet uit dat zij ook op andere terreinen maatregelen nemen ter compensatie van chronisch zieken en gehandicapten. Staatssecretaris Wijn (Financiën) ontwierp onlangs extra fiscale faciliteiten, die overigens nog in onvoldoende mate ten goede komen aan de mensen die het echt nodig hebben.