Politie en justitie vermoedden al snel dat de moordenaar van de weduwe uit haar woonplaats moest komen. In de namiddag en avond van zaterdag 7 december 2002 had geen enkele dorpsbewoner een vreemde auto in het dorp gesignaleerd en voorzover kon worden nagegaan waren er ook met het openbaar vervoer geen verdachte buitenstaanders naar Sint Philipsland gekomen.

Mevrouw Serné werd in de nacht van 7 op 8 december levenloos in haar woning aan de Oostdijk aangetroffen. Ook het feit dat de politie aan de woning geen sporen van braak aantrof, deed vermoeden dat de dader een bekende van het slachtoffer geweest moest zijn. Schriftelijke vragen van de politie aan alle bewoners van het dorp leidden niet tot een doorbraak, evenmin als de ingestelde telefonische tiplijn. De moord op de bejaarde vrouw veroorzaakte een ware schokgolf in het dorp.

Omdat de aanwijzingen sterk in de richting van een bekende van het slachtoffer dan wel een dorpsbewoner wezen, besloot justitie tot een grootscheeps DNA–onderzoek. Op de plaats van het misdrijf was celmateriaal gevonden dat daarvoor bruikbaar bleek. Van tachtig mannelijke inwoners van Sint Philipsland (op een totale bevolking van circa 2600 inwoners) van veertien jaar en ouder werd genetisch materiaal van wangslijmvlies afgenomen. Met hen zou de weduwe op een of andere manier contact hebben gehad.

Bij het vergelijkend onderzoek door het Nederlands Forensisch Instituut kwam er in april een vermoedelijke dader uit de bus rollen: een toen 18–jarige buurjongen van het slachtoffer, telg uit een als keurig en vriendelijk bekendstaand gezin met zeven kinderen. Op woensdagochtend 23 april lichtte de politie hem van zijn bed in het ouderlijk huis. Opnieuw ging er een schok door het dorp. „Ontzetting, verbijstering, verbazing, maar ook opluchting", zo verwoordde burgemeester W. Nuis de collectieve gevoelens.

Een dag na zijn arrestatie bekende de verdachte. In juni bracht justitie de dagvaarding tegen hem uit. Toen bleek dat de jongeman ook wordt verdacht van verkrachting van de bejaarde vrouw. Het gedragskundig onderzoek van de verdachte in de justitiële observatiekliniek Pieter Baan Centrum is afgerond. De resultaten daarvan zullen donderdag op de zitting worden bekendgemaakt. Voor zover bekend kenden slachtoffer en verdachte elkaar. Laatstgenoemde zou in het verleden wel eens hebben geholpen met klusjes in de tuin. Vermoedelijk heeft mevrouw Serné hem op de fatale avond binnengelaten.