Het was voor het eerst dat zo’n gezamenlijke reis werd ondernomen. „Het was een waardevol bezoek. Ik hoop dat we verder kunnen bouwen op de ervaringen die we hebben opgedaan”, zei de koningin tegen het ANP na terugkeer van een veldbezoek aan centraal Tanzania. De samenwerking tussen FAO, IFAD en WFP was volgens Máxima al goed, „maar de drie zullen door deze reis nog meer met elkaar samenwerken.”

In Ethiopië en Tanzania had ze ook goede voorbeelden gezien. Het toegankelijk maken van financiële diensten, met name voor keuterboeren en kleine ondernemingen wordt daarbij nu nadrukkelijk meegenomen. „Zonder die toegang is geen vooruitgang mogelijk”, concludeerde Máxima. Tanzania, waar mobiel bankieren een hoge vlucht heeft genomen, „doet het heel goed”, zo constateerde ze.

Sleutel was hier de concurrentie op de telefoonmarkt, waardoor de tarieven bijvoorbeeld 10 keer zo laag zijn als in buurland Kenia. „Je ziet hier hoe concurrentie kan worden gebruikt om arme mensen te helpen”. Het is een voorbeeld dat ze andere landen kan voorhouden.

Dat geldt volgens Máxima ook voor het werk van Heineken in Ethiopië. Daar wordt een „waardeketen” opgezet, waarbij keuterboeren via coöperaties toegang krijgen tot betaalbare financiering - de gegarandeerde afname van de bierbrouwer zorgt voor lagere kosten - en ze worden geholpen bij het verbouwen van gerst. Heineken dat eerder dit jaar begon met de bouw van een derde brouwerij in Ethiopië, heeft daarvoor ook afspraken gemaakt met de Ethiopische regering.

„Een fantastisch voorbeeld”, benadrukte de koningin over het combineren van onder meer voedselhulp, verbetering van voedselkwaliteit, vermindering van armoede en inclusieve financiering. Precies datgene dat de reis ook beoogde te bereiken.