De zaak stamt uit 1984. Toenmalig Hells Angel Hagemann gold destijds direct als verdachte, maar politie en justitie kregen het bewijs niet rond. In maart 1984 werden de lichamen van Bolhaar en haar twee kinderen gevonden in haar woning in de Amsterdamse Argonautenstraat. Een derde kind (van 1,5) was gespaard.

In 2002 kwam hernieuwd onderzoek in een stroomversnelling, nadat een ex-vriendin van Hagemann via misdaadjournalist Peter R. de Vries met een zeer belastende verklaring voor de dag kwam. Hagemann werd veroordeeld voor de moord op de kinderen, de doodslag op hun moeder was al verjaard.

Juist de rol van de ex-vriendin vormde voor de huidige advocaat van Hagemann, John Peters, de basis voor een herzieningsverzoek bij de Hoge Raad. Een aantal ex-minnaars van de vrouw heeft verklaard dat zij hun heeft gezegd dat haar getuigenis tegen Hagemann op leugens is gebaseerd.

Een advies van de Hoge Raad is een richtsnoer; de definitieve uitspraak van de raad volgt later.