Hulp arriveert eindelijk op overvol vliegveld
TACLOBAN CITY (ANP). Het internationale Rode Kruis heeft donderdag uren moeten wachten voordat zijn vliegtuigen met hulpgoederen konden landen in het rampgebied op de Filipijnen. „Nu komen ineens zoveel vliegtuigen met hulp binnen, dat de paar landingsbanen die nog beschikbaar zijn, meteen overbelast zijn”, stelt een woordvoerder van het Nederlandse Rode Kruis. Die beschouwt dat als een „heel goed teken”: beter vertraging, dan helemaal geen hulp.
Na het uitdelen van de eerste honderden voedselpakketten op de eilanden Samar en Leyte gaat het Rode Kruis nu twee distributiecentra oprichten in de steden Ormoc (op Leyte) en Catbalogan City (op Samar). „Vanuit die centra willen we deze eilanden deze week voorzien van voedsel, drinkwater en medicijnen.”
Nadat plunderaars twee konvooien met hulpgoederen een tijdlang de weg versperden, zijn ze donderdag toch in Ormoc aangekomen om de spullen de komende 24 uur uit te delen. „We hebben voor deze twee steden vooral gekozen vanwege de veiligheid van mensen die de pakketten moeten krijgen. We willen dat ze die pakketten ook houden, maar zijn daar bezorgd over.” In het rampgebied schuwen hongerige plunderaars geen geweld. In een stad als het zwaar getroffen Tacloban City (ook op Leyte) is het te gevaarlijk om voedsel uit te delen.
Het Rode Kruis levert ook lijkzakken aan op beide eilanden. „Er liggen nog zoveel lijken op straat, echt onmenselijk. Nabestaanden kunnen hun familieleden niet begraven door een gebrek aan zakken en de lijken gaan na een paar dagen ook ruiken.”
De internationale organisatie stuurt de komende dagen ook medische teams het land in. „Waar die precies naartoe gaan, is nog niet duidelijk. Wel stationeren ze klinieken waarin 50 bedden komen om mensen te helpen.” Slachtoffers moeten onder meer een tetanusprik krijgen om niet ziek te worden van bijvoorbeeld straatvuil.