Kritiek op gekonkel en koehandel
Achterkamertjespolitiek - die zou niet meer voorkomen, zo hadden de regeringsfracties zich stellig voorgenomen. Maandag, tijdens het debat over welzijnssubsidies, bleek dat het leven sterker is dan de leer.
CDA-kamerlid Buijs was een maand geleden glashelder. Hij zou een kleine 60 miljoen euro bij elkaar sprokkelen en dan zou de bezuiniging op alle welzijnsinstellingen in 2004 beperkt blijven tot 10 procent van hun budget. Hij rekende op steun van de oppositie en mogelijk ook op VVD en D66. Maar achter de schermen verzette minister Hoogervorst zich fel tegen de CDA-poging waardoor de bewindsman politiek gezien in zijn hemd zou komen te staan.
Ondertussen kropen VVD en D66 bij elkaar om voor een aantal organisaties die hun welgevallig waren, uitzonderingsmogelijkheden te maken. Minister Hoogervorst, ook een VVD’er, stond daar niet afwijzend tegenover. Hij besefte als geen ander dat hij het totale pakket nimmer ongeschonden door de Kamer zou kunnen loodsen.
Toen het CDA daarvan hoorde, heeft het de strategie gewijzigd en zich aangesloten bij het achterkamertjesoverleg onder het motto: Als we niet meedoen, verkruimelt het verzet en is er voor geen enkele organisatie een mogelijkheid om de subsidie te behouden. Hoogervorst bleek bereid 8 miljoen euro van de projectsubsidies over te hevelen naar de instandhoudingssubsidies en zo hebben de woordvoerders van de coalitiepartijen een aantal bezuinigingen kunnen voorkomen.
Toen maandag bleek dat de woordvoerders van de regeringspartijen met elkaar om de tafel hadden gezeten, was de kritiek van de oppositie niet mals. Ze hadden het gevoel dat ze er tijdens het debat voor spek en bonen bijzaten. Ze spraken over gekonkel en koehandel. SP-kamerlid Kant had het over „een slecht toneelstukje.” GroenLinks vond een en ander „procedureel erg slordig.” De PvdA moest denken aan het rad van fortuin en de SGP aan Sinterklaas. ChristenUnie-fractievoorzitter Rouvoet noemde het „een veemarkt met loven en bieden.”