De Zeeuwse Staten besloten vorige week vrijdag niet alleen het aantal tolvrije dagen te verhogen, maar ook te onderzoeken of de tunnel onder de Westerschelde eerder tolvrij kan worden. Ook gaan de toltarieven in 2014 en 2015 niet omhoog, en in 2016 en 2017 met jaarlijks 2 procent. Op dit moment kost de passage van een personenauto 5 euro.

Bij de opening van de tunnel, in 2003, werd vastgelegd dat er tot 15 maart 2033 tol zou worden geheven. De opbrengsten zijn nodig om de aanleg terug te verdienen en om de nieuwe tunnel te financieren die op dit moment bij Sluiskil wordt aangelegd.

De provincie Zeeland is eigenaar van de Westerscheldetunnel. Het provinciebestuur moet in dit dossier behoedzaam opereren vanwege onvermoede financiële tegenvallers. Vorig jaar bleek er echter een meevaller: de aanbesteding van het onderhoudscontract tot 2033 viel goedkoper uit.

Tijdens de discussie in de Staten opperde D66 de tolvrije dagen af te schaffen, zodat het tolvrij maken van de tunnel naar voren kan worden gehaald. Elke tolvrije dag kost 50.000 euro, zodat de tunnels later zijn afbetaald.

De PvdA kwam met een plan om de tolvrije dagen te laten samenvallen met grote evenementen in Zeeland. ChristenUnie­fractievoorzitter Beekman zei donderdag daar geen voorstander van te zijn. „Hierdoor zouden vooral bezoekers van evenementen er voordeel van hebben”, constateerde hij. „Wij zien liever een voordeel voor alle gebruikers.”

De SGP wil dat het toltarief de komende jaren zo min mogelijk stijgt of gelijk blijft, aldus fractievoorzitter Roeland donderdag. Het idee om tolheffing al in bijvoorbeeld 2029 af te schaffen, spreekt hem niet aan. „Het toltarief gaat dan ineens naar nul. Maar de mensen die nú gebruikmaken van de Westerscheldetunnel hebben daar natuurlijk niets aan. Laten we –ook met het oog op de crisis en de situatie waarin veel bedrijven verkeren– proberen juist de huidige gebruikers zo veel mogelijk te ontzien en daarom de tarieven gematigd houden in plaats van ze jaar in jaar uit te verhogen.”