Het effect van de vergrijzing op het aantal weduwen en weduwnaars in Nederland wordt daardoor teniet gedaan. „ In het algemeen geldt dat het aantal verweduwden stijgt door overlijden van de partner en daalt doordat de verweduwde op enig moment overlijdt. Als bijvoorbeeld de periode tussen verweduwd raken en daarna overlijden korter wordt, kan per saldo toch een lager aantal verweduwde personen ontstaan”, legt het CBS uit.

Iemand die zijn of haar partner slechts een week overleeft, is immers minder lang weduwe of weduwnaar dan iemand die liefst 10 jaar langer doorleeft.

Zo kan het zijn dat er in 2001 nog ruim 882.000 ‘verweduwden’ in Nederland waren en in 2013 nog maar 864.000. Overigens steeg het aantal weduwnaars wel. „ Dat correspondeert met het feit dat de stijging van de levensverwachting van mannen zich sterker ontwikkelde dan die van vrouwen”, aldus het CBS. Anderzijds ligt het volgens de woordvoerster wel „voor de hand het aantal verweduwden in de toekomst gaat stijgen”.

De weduwnaars zijn overigens nog wel altijd fors in de minderheid tegen de weduwen; 185.000 om 680.000.