Nederland kampt met tekort aan ambulances
BILTHOVEN/ZWOLLE. Nederland komt ambulances tekort. Overdag zijn negentig ziekenwagens extra nodig, ’s nachts elf. „Geen reden tot zorg.”
Het RIVM heeft recent berekend hoeveel ambulances in het hele land nodig zijn om aan de vraag naar ambulancezorg te voldoen. Uit onderzoek blijkt dat er 90 ambulances meer nodig zijn dan bij de vorige berekening van 498 in 2008.
De vraag naar ambulancezorg tussen 2008 en 2012 is met gemiddeld 4,3 procent gestegen per jaar door demografische ontwikkelingen, zoals bevolkingsgroei en vergrijzing. Bovendien doen mensen „eerder en gemakkelijker” een beroep op ambulancezorg, concluderen de RIVM-onderzoekers G. J. Kommer en S. L. N. Zwakhals.
Het geconstateerde tekort wordt echter vooral veroorzaakt door een andere rekenmethode. Het RIVM berekent de benodigde capaciteit van de ambulancezorg, waarbij het minimumaantal ambulances voor Nederland wordt vastgesteld.
Het RIVM kijkt hierbij bijvoorbeeld naar de aanrijtijden, spreiding en beschikbaarheid. Het ministerie van Volksgezondheid, Ambulancezorg Nederland en Zorgverzekeraars Nederland bepalen in overleg welke uitgangspunten hierbij worden gehanteerd. Het RIVM rekent de modellen door, waarna minister Schippers het beleid vaststelt.
Geen zorg
Het tekort van negentig ambulances is geen reden tot zorg, aldus directeur Koos Reumer van Ambulancezorg Nederland dinsdag. „Het tekort is vooral een theoretisch getal in theoretische rekenmodellen over spreiding en beschikbaarheid van ambulances.”
De directeur van de brancheorganisatie benadrukt op dit moment overal in Nederland goede ambulancezorg te kunnen garanderen. „We voldoen in alle regio’s aan de normen.” In welke gebieden de tekorten aan ambulances het grootst zijn, kan Reumer niet zeggen.
De directeur Ambulancezorg herkent de RIVM-conclusie dat burgers sneller geneigd zijn ambulancezorg in te roepen. „Mensen vragen gemakkelijker om een ambulance, omdat ze vinden dat ze daar recht op hebben.” Reumer vindt het echter te ver gaan om van een mentaliteitsverandering te spreken.
In Nederland zijn 24 uur per dag, 7 dagen per week, ongeveer 680 ziekenauto’s beschikbaar voor ambulancezorg. De meldkamers krijgen elk jaar ruim 1 miljoen meldingen voor de inzet van een ziekenwagen. Daarvan zijn er ongeveer 650.000 voor spoedeisende medische hulpverlening, waarbij de ambulance binnen een kwartier ter plaatse moet zijn. Ongeveer 350.000 ritten zijn voor de zogenaamde geplande ambulancezorg.
Toeters en bellen
De Regionale Ambulancevoorzieningen (RVA’s) –een ambulancedienst en een meldkamer– mogen sinds 1 januari onderscheid maken in het type ambulancevervoer. Voorheen moest een RVA voor elke rit een Advanced Life Support-ambulance (ALS), een volledig uitgeruste ambulance met alle mogelijke medische voorzieningen, op pad sturen.
Voor hulp in levensbedreigende situaties (aanrijtijd vijftien minuten) en voor spoedeisende situaties (aanrijtijd dertig minuten) moet de RVA met ingang van dit jaar nog altijd een volledige opgetuigde ambulance inzetten. Voor gepland ziekenvervoer mag de sector sinds een halfjaar ook een zogenaamde zorgambulance, een minder geavanceerde ziekenauto, inzetten.
Elke regio moet over voldoende ALS-ambulances beschikken. „In grote steden, met veel ambulancevervoer, kunnen we hierdoor meer zorgambulances inzetten, dan in plattelandsregio met minder ambulanceverkeer”, aldus Reumer. In Nederland werken ruim 4000 mensen op een ambulance en pakweg 440 op meldkamers.
De ambulancezorg, gefinancierd uit ziektekostenpremies, kost op dit moment jaarlijks ruim 431 miljoen euro. Het ministerie, de zorgverzekeraars en Ambulancezorg Nederland trekken voor de komende twee jaar 500 miljoen euro uit voor ambulancezorg. „Daarvoor krijgen we er een nieuwe meldkamer bij.”