CDA wil met minder geld meer doen
Minder geld maar meer doen. Het CDA meent dat het onderwijsachterstandenbeleid kan worden voortgezet, ook al heeft het kabinet besloten daarop per jaar 100 miljoen euro te bezuiningen.
Het Tweede-Kamerlid De Vries verdedigde woensdag die stelling tijdens het debat over de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Ongeloof bij de andere fracties was zijn deel. „Van dit soort redeneringen wordt het onderwijs stapelgek”, riep GroenLinks-Kamerlid Vendrik „Erken dan toch dat er minder kan worden gedaan om achterstanden weg te werken.”
Door minder bureaucratie kunnen scholen volgens het CDA hun beleid gewoon voortzetten. Geld dat minister Van der Hoeven heeft bestemd voor de kleutertoets zou bovendien aan bestrijding van achterstanden moeten worden besteed.
De Vries verdedigde het beleid van partijgenoot Van der Hoeven die regulering en autonomie voorstaat. Maar Hamer (PvdA) had becijferd dat het kabinet 46 wetsvoorstellen op stapel heeft staan om die regels te schrappen.
De Kamer daagde De Vries uit om een debat aan te gaan over artikel 23 van de Grondwet, waarin de vrijheid van onderwijs is geregeld. Het CDA-Kamerlid ging daar woensdag niet op in. De coalitiepartijen hebben afgesproken de door het CDA gekoesterde artikel tijdens de huidige kabinetsperiode ongemoeid te laten. De LPF kwalificeerde het wetsartikel als het heilige huisje van de christen-democraten.
Het debat over artikel 23 is aangezwengeld door het VVD-Kamerlid Hirsi Ali, die vindt dat er maatregelen moeten worden genomen tegen de verspreiding van het islamitisch onderwijs in Nederland. Met die opmerking morrelt zij aan de vrijheid van onderwijs, is de opvatting van het CDA.