„Rijkswaterstaat wil vaargeulen opheffen”
Rijkswaterstaat wil 40 procent van de vaarwegen in de Waddenzee, Zuid-Holland en Zeeland opheffen. Dat stelt Hugo Gorter, voormalig gezagvoerder van het betonningsvaartuig Terschelling en ex-hoofd van de Vaarwegmarkeringsdienst regio noord.
In 2004 is 13,2 miljoen euro nodig voor het uit- en verzetten van bakens die vaarwegen aangeven. Rijkswaterstaat heeft echter 10 miljoen euro beschikbaar voor de Directie Noordzee, de verantwoordelijke voor vaargeulen. Door aankomende bezuinigingen is de Directie Noordzee gedwongen 40 procent van de vaargeulen op te heffen.
Natuurlijke vaargeulen worden met tonnen en bakens herkenbaar gemaakt. Door natuurlijke invloeden verschuiven de vaargeulen constant. Schepen van de Directie Noordzee voeren daarom metingen uit en verleggen bakens.
Gorter stelt dat binnen de Directie Noordzee een notitie van Rijkswaterstaat circuleert met deze plannen. „De Directie Noordzee is er ook niet blij mee. En het zou ook belachelijk zijn. Dit is de grootste inkrimping ooit”, aldus Gorter. Hij voorziet gevaarlijke situaties op het water. „Zowel vissersboten, recreatievaart als transport hebben dan veel minder vaarruimte. Een toename van ongelukken is onvermijdelijk.”
Rijkswaterstaat wil weinig kwijt over de kwestie. „Er is een notitie, maar die wordt eerst intern besproken”, aldus een woordvoerder.