Het Historisch Museum Vriezenveen, gevestigd in het voormalige gemeentehuis, viert dit jaar 
het Nederland-Ruslandjaar en de 200 jaar handelsbetrekkingen tussen Sint-Petersburg en Vriezenveen. In dat kader zijn er tal van activiteiten, die variëren van optredens van de Vriezenveense Harmonie en het Vriezenveense mannenkoor in de Hermitage in Sint-Petersburg tot een handelsmissie van het midden- en kleinbedrijf die naar de stad van tsaar van Peter de Grote trekt om zaken te doen.

„Ja, we maken als historisch museum winst”, zegt voorzitter Boes van het Historisch Museum Vriezenveen lachend. „Natuurlijk maken we geen winst zodat de gemeente ons niet meer hoeft te subsidiëren. Maar de economische spin-off van ons museum is bijzonder groot. Onze contacten met Rusland hebben een lokale, regionale, nationale en zelfs grensoverschrijdende uitstraling. Net zoals de Vriezenveense pioniers, de Rusluie, indertijd zakendeden met de Russen, zo hebben wij dat sinds de jaren 80 van de vorige eeuw ook weer opgepakt en langzaam maar zeker uitgebouwd.”

Inmiddels heeft het museum een samenwerkingsovereenkomst kunnen bewerkstelligen tussen de universiteit van Sint-Petersburg en de Enschedese Saxion Hogeschool. Boes: „We hebben Russische en Twentse bedrijven met elkaar in contact gebracht om de exportmogelijkheden te onderzoeken. Rusland behoort bij de vier grootste opkomende economieën ter wereld. In Sint-Petersburg wonen 4,5 miljoen mensen. Als je met hen zaken kunt doen, heb je een pracht van een afzetgebied”, zegt Boes.

Boes bracht zijn werkzame leven door in de handel en weet waarover hij praat. „Tegenwoordig spreekt de museumwereld graag over cultureel ondernemerschap. Dat brengen wij hier volop in praktijk.”

Er zijn Vriezenveense bedrijven die de Russen helpen zoeken naar verbetering van de infrastructuur. Boes: „Daar kunnen wij van profiteren, in het groot maar ook in het klein. We hebben een ondernemer die apparatuur verkoopt waarmee je straatklinkers op maat knipt. Nou, als de Russen in al die kleine dorpjes wegen beginnen aan te leggen, moet je eens kijken hoeveel klinkers je daar moet knippen.”

Bij het tot stand brengen van de contacten met Rusland hebben de Vriezenveners een streepje voor omdat het langgerekte veendorp van oudsher banden heeft met Sint-Petersburg. Al in de achttiende eeuw trokken Vriezenveense wevers naar Rusland om daar hun geluk te beproeven. Er ontstond een levendige handel in textiel, wijn, tabak, thee, cacao en bloemen.

Ook waren er Vriezenveners die hofleverancier van de tsaar werden. Scheepstimmermanszoon Wicher Berkhoff schopte het zelfs tot directeur van de Petersburgse admiraliteitsscheepswerf en de Ten Cates hadden aan de Nevski Prospekt een kwaliteitssigarenzaak waar de tsaren persoonlijk hun sigaren kochten.

Op de bovenverdieping van het museum is de geschiedenis van 200 jaar handelsbetrekking in beeld gebracht. Er staan een historische huifkar, producten die werden verhandeld en een schat aan waardevolle Russische voorwerpen van rijk geworden Vriezenveense families.

In het oog springt vooral het chronologisch overzicht van gebeurtenissen van 1813 tot aan de Russische Revolutie van 1917 en de tijd van perestrojka en glasnost onder Gorbatsjov, eind jaren 80. Toen werden de contacten weer nieuw leven ingeblazen.

„Wij zorgen voor de public relations en de contacten waarmee de bedrijven hun voordeel kunnen doen”, zegt Boes. „De gemeente is zich daarvan goed bewust. Daarom hebben we over onze jaarlijkse subsidie nog niet te klagen.” Ook onder de bevolking is er een breed draagvlak voor het museum: de Vereniging Oud Vriezenveen telt 1450 leden en er is een wachtlijst voor de bedrijven die in het kwartaalblad willen adverteren.