VUmc en Eyeworks schikken met justitie
AMSTERDAM (ANP). Het Amsterdamse medisch centrum VUmc en productiebedrijf Eyeworks hebben een schikkingsvoorstel van het Openbaar Ministerie (OM) geaccepteerd in de zaak rond het afgeblazen realityprogramma ‘24 uur tussen leven en dood’. VUmc betaalt 30.000 euro, Eyeworks 20.000.
Het door RTL uitgezonden programma werd gemaakt op de afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) van het ziekenhuis. Daarbij werden ook patiënten gefilmd, maar sommigen wisten dat niet. Zeven patiënten deden aangifte. Zij gaven geen toestemmingen voor opnames. Deze zijn overigens nooit uitgezonden, de beelden zijn vernietigd.
De eerste aflevering van het programma werd op 23 februari 2012 uitgezonden en oogstte direct een storm van kritiek. RTL haalde het vervolgens van het scherm.
Het OM verweet het VUmc en Eyeworks het stiekem meeluisteren met en het opnemen van gesprekken. VUmc schond bovendien het medisch beroepsgeheim. Het ziekenhuis moet daarom meer betalen dan Eyeworks.
Volgens het OM heeft het ziekenhuis „een inschattingsfout” gemaakt door akkoord te gaan met het formatvoorstel van Eyeworks, zonder daar een uitgebreid onderzoek aan vooraf te laten gaan. „Te routineus”, noemt justitie de manier waarop het VUmc is omgegaan met de juridische aspecten van het programma. Het centrum heeft voorwaarden gehanteerd die voor eerdere mediaprojecten zijn gebruikt.
Als voorwaarde voor de transactie stelde het OM dat het VUmc en Eyeworks een schadevergoeding betalen aan de zeven patiënten die aangifte hebben gedaan. Justitie vindt de schikking een gepaste manier van het afdoen van de zaak, omdat de beklaagde organisaties volledig hebben meegewerkt aan het onderzoek en veel aandacht in de media hebben gekregen. Het VUmc heeft daarnaast een intern onderzoek gedaan en een plan opgesteld om herhaling in de toekomst te voorkomen. Een rechtszitting zou volgens het OM „geen meerwaarde” hebben, omdat het gaat om rechtspersonen, niet om individuen.
Het justitieel onderzoek heeft geen aanwijzingen opgeleverd voor strafrechtelijke verwijtbaarheid van het hoofd van de SEH en de voorzitter van de Raad van Bestuur van het VUmc.