Een delegatie van Belgische parlementariërs onder leiding van Kamervoorzitter De Croo heeft dat donderdag naar voren gebracht tijdens een ontmoeting met Nederlandse Tweede–Kamerleden in Den Haag. Volgens De Croo hebben de Belgische politici het gevoel dat Nederland „niet alleen een objectieve benadering" heeft als het gaat om de twee al jaren slepende dossiers. „Er is een groeiend ongeduld."

Volgens PvdA–Kamerlid Albayrak, die bij het overleg aanwezig was, leggen de Belgen ten onrechte een koppeling tussen het aanleggen van de IJzeren Rijn (de goederenspoorlijn tussen Antwerpen en het Duitse Roergebied) en de verdieping van de Westerschelde. In het eerste dossier zijn de Nederlandse bezwaren fundamenteler dan in het tweede.

De Croo en zijn Nederlandse collega Weisglas hebben afgesproken te bekijken of er intensievere contacten mogelijk zijn tussen het Nederlandse en Belgische parlement. Ze denken aan een parlementaire contactgroep. De Croo, die zich enkele jaren geleden in een interview nog zeer negatief uitte over Nederlanders („hypocriet", „valse nederigheid") zei de laatste maanden een verwijdering te zien tussen België en Nederland. Hij wees onder meer op uiteenlopende standpunten in de internationale politiek.