Dr. Van der Stoep: Journalist moet meer verstand van religie hebben
EDE. Journalisten die Westkapelle een „strenggereformeerd Zeeuws dorp” noemen, of die klakkeloos schrijven over een „sharia-driehoek” in Den Haag, hebben vaak weinig gevoel voor religie. Een nieuw boek moet dat veranderen.
Te vaak gaat het mis in de combinatie journalistiek en religie, constateerden Monique Ratheiser, docent aan het Windesheim in Zwolle, en dr. Jan van der Stoep, lector Media, Religie en Cultuur aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE). Samen schreven ze het boek ”Media en Religie” om deze leemte in het opleidingsmateriaal van journalisten op te vullen.
Dr. Van der Stoep: „Religie is in de journalistiek heel lang een ondergeschoven kindje geweest. Sinds 11 september 2001 geldt dat niet langer. Maar om erover te schrijven, moet je er wel verstand van hebben, zoals een sportjournalist verstand van sport moet hebben.”
Waar gaat het mis?
„In ons boek behandelen we het voorbeeld van Westkapelle. Daar werd vorig jaar iemand opgepakt voor pedofilie. Westkapelle werd toen neergezet als een strenggereformeerd Zeeuws dorp, terwijl PvdA en VVD er de grootste partijen zijn. Ook verschenen er koppen in de kranten dat verdachte Joost W. liever pedofiel dan homofiel wil zijn, want homofiel zijn mag niet van zijn kerk. Dan moet er bij journalisten een belletje gaan rinkelen: is dit inderdaad het gereformeerde gedachtegoed? Ik heb journalisten er niet op kunnen betrappen dat dit belletje is gaan rinkelen.”
Hoe zijn die dingen te voorkomen?
„Door bijvoorbeeld studenten in de journalistiek op te leiden met een antenne voor religie. De suggestie bestaat dat je je helemaal los van religie moet bewegen om er goed over te kunnen schrijven, maar ook dan heb je een visie op het leven. Geven journalisten zich daar rekenschap van? Als ze zich daar beter bewust van zijn, wordt een frame als ”religie is achterlijk” minder snel overgenomen. Gelovigen worden vaak gezien als een soort curiositeit. Maar uiteindelijk hebben we allemaal een opvatting over het leven.”
Rijden ook christelijke journalisten, van bijvoorbeeld RD of ND, op dit punt een scheve schaats?
„Ik merk onder christelijke journalisten een houding die veel genuanceerder is. Wel zie ik regelmatig dat christelijke journalisten in een slachtofferrol kruipen als er seculiere geluiden klinken. Dan hoor je dingen als: Men mot ons niet, of zelfs: Dit is het begin van vervolging. Kijk, ik zou de zaken rond zondagsrust en de trouwambtenaar ook liever anders geregeld zien, maar termen als vervolging zijn erg voorbarig. Wat mij betreft moeten christelijke journalisten minder hun hakken in het zand zetten.”
Uw boek wordt op de CHE als lesmateriaal voorgeschreven. Daar lijkt het het minst nodig te zijn.
Toch denk ik dat ook in Ede veel dingen niet vanzelfsprekend zijn voor onze studenten, bijvoorbeeld de gedachte dat ook niet-religieuzen een levensovertuiging hebben. En dan nog: het is goed om dat niet alleen te weten, maar ook aan collega’s te kunnen uitleggen waaróm dit zo belangrijk is om te beseffen.”