Goud heeft zijn glans verloren
De scherpe daling van de goudprijs geeft aan dat het edelmetaal niet langer als veilige haven voor beleggers kan worden gezien. Ook al blijft de wereldeconomie zwak en ligt er nog een eurocrisis op de loer, de naderende wijziging van het monetaire beleid in de VS zal de goudprijs verder drukken.
De goudprijs was de weg omhoog al eerder kwijt, maar de forse duikeling van twee weken geleden kwam voor velen toch als een verrassing. Sinds de piek in september 2011, schommelde de goudprijs in een ruime bandbreedte zo’n 15 procent daaronder, maar twee weken geleden viel de bodem eronder weg. In twee dagen tijd verloor het edelmetaal 14 procent van zijn waarde, om in de week daarna weer op te veren. Een belangrijke rol bij de prijsdaling speelden de gepubliceerde notulen van de laatste bijeenkomst van het Amerikaanse stelsel van centrale banken, de Fed. Die maakten duidelijk dat de Fed-bestuurders neigen naar een geleidelijk dichtdraaien van de geldkraan, ofwel het verminderen van de aankoop van staatsobligaties. Waar de financiële markten eerder uitgingen van eerste stappen in die richting in 2014, zien veel marktpartijen deze nu al eind dit jaar gezet worden.
Dollar
Ook andere factoren droegen bij aan de scherpe daling van de goudprijs, waaronder een verkoopadvies van Goldman Sachs en berichten over goudverkopen door de centrale bank van Cyprus. Maar wat de precieze aanleiding ook was, de achterliggende oorzaak van de daling van de goudprijs is de ophanden zijnde wijziging van het monetaire beleid in de VS en de verwachte, daarmee samenhangende, stijging van de dollar. Jarenlang heeft de goudprijs geprofiteerd van de enorme toename van liquiditeiten in de wereldeconomie. Centrale banken voeren al bijna vijf jaar een zeer ruim monetair beleid, waarbij naast renteverlagingen ook onorthodoxe maatregelen als de inkoop van staatsobligaties zijn doorgevoerd. Dit beleid voedde de vrees dat op termijn de inflatie in de westerse industrielanden sterk zal oplopen, wat niet alleen de waarde van vastrentende beleggingen onder druk zet, maar ook een gevaar is voor de aandelenmarkten. Goud, dat bekendstaat als ”inflatiehedge”, vormde tegen deze achtergrond een veilige haven. Daarnaast profiteerde goud van het onzekere klimaat. In de eerste drie jaar na de crisis in 2008 steeg de goudprijs met circa 170 procent.
Nog altijd is de wereldeconomie zwak. In Europa kampen de meeste landen met een recessie of balanceren op de rand daarvan. De Japanse economie krijgt momenteel een impuls doordat het kabinet het overheidstekort verder laat oplopen en de centrale bank het monetaire beleid verder verruimt. Dit laatste heeft onder andere als effect dat de yen verzwakt, wat gunstig is voor de export. Maar heel lang kan dit niet worden volgehouden. De overheidsschuld is al astronomisch hoog en een te zwakke yen maakt de import van het grondstoffenafhankelijke land te duur.
In de VS ten slotte gaat de economie wel de goede kant op. Recent doorgevoerde bezuinigingen lijken slechts tijdelijk invloed op de economische groei te hebben. Het is niet meer dan logisch dat de Fed de financiële markten voorbereidt op een einde van het ruime monetaire beleid in de VS.
De onrust in de eurozone kan gemakkelijk weer oplaaien en de bankensector is in veel landen nog altijd fragiel. Een acute systeemcrisis is echter achter de horizon verdwenen en duidelijk is ook dat als puntje bij paaltje komt men in Europa de euro niet vaarwel zal zeggen. Als de Fed het monetaire beleid wijzigt, vallen de belangrijkste oorzaken van de goudprijsstijging weg. Dat er in Europa en Japan wordt vastgehouden aan een ruim monetair beleid vanwege de zwakke economie zal de goudprijs niet helpen. Een neveneffect daarvan is namelijk dat de dollar sterker wordt. Dat maakt goud nog duurder.
Het goud heeft voor de komende tijd zijn glans verloren. Beleggers zullen moeten omkijken naar een andere veilige haven.
De auteur schrijft op freelancebasis over ontwikkelingen in de economie en op de financiële markten.