Geert Mak: Heimwee naar stille grachten Amsterdam
Schrijver Geert Mak heeft woesnsdagmiddag zijn hoogleraarschap grootstedelijke problematiek aan de Universiteit van Amsterdam (UvA), beter bekend als de
Wibaut-leerstoel, overgedragen aan Paul Scheffer.
Mak sprak bij zijn afscheid over de crisis van het Amsterdamse en Nederlandse burgerschap in de 21e eeuw, over de snelle veranderingen in de Amsterdamse samenleving en de problemen die ook autochtone Amsterdammers daarmee hebben.
Tijdens zijn afscheidsrede ”De smart van Coenraad van Beuningen” blikte Mak terug naar de 17e eeuw, naar het tragische lot van magistraat Coenraad van Beuningen, die destijds de breuken in de stadscultuur niet kon bevatten en ten slotte het einde van de stad en de wereld aankondigde. Deze belangrijke Amsterdammer, die jarenlang burgemeester van de stad was en diverse andere belangrijke functies vervulde, werd uiteindelijk het slachtoffer van stedelijke veranderingen.
Ook in deze eeuw staan veranderingen volgens Mak centraal en daardoor ontstaat er een soort nostalgie. „Een schrijnend heimwee naar het Amsterdam van de stille grachten en de iepen, van de piepende trams, van die afgesloten eigen wereld die voorgoed voorbij is”, stelde Mak.
Nederland verkeert volgens hem in een pijnlijke en gecompliceerde overgangssituatie waarin de immigranten fungeren als symbool en kop van Jut tegelijk. Mak signaleert dat in het immigratiedebat telkens weer een enorme mate van generalisering terugkeert. „Generaliseringen die in sommige gevallen zo onzinnig zijn en zo onverantwoord dat je je afvraagt of de deelnemers zich ooit werkelijk in de problematiek van scholen, buurten, allochtonen en autochtonen hebben verdiept.” Volgens hem wordt vergeten dat de overgrote meerderheid van de immigranten wél slaagt.