Twitter, Facebook, WhatsApp. Zeker nogal wat jongeren zijn een flink deel van de dag bezig met sociale media. Keer op keer gaat de blik naar de mobiele telefoon. Morgen, vrijdag 12 april, zou het nationale offlinedag moeten zijn.

„Ik kan niet zonder telefoon”, bekent Jannieke (15) uit Staphorst in een druilerig Kampen. Lachend zegt ze dat een dag offline zijn „heel lastig” voor haar wordt. „Ik kan niet zonder de mensen met wie ik contact heb.” Ze is actief op Facebook, Twitter, WhatsApp. „Heel veel” is ze met sociale media in de weer. Ze communiceert „met vrienden en vriendinnen.”

Afhankelijk

Willianne (15) heeft ook een hard hoofd in een offlinedag. „Tenzij je de hele dag samen bent met degene met wie je WhatsApp’t.” En: „Ze zeggen weleens tegen mij dat ik te veel met de telefoon bezig ben. Ik vind het wel meevallen.”

Hidde (16) vindt een offlinedag een goed idee. „Het is weleens goed om mee te maken hoe het is om zonder computer te moeten leven. Zodat je een beetje beseft waar je de computer allemaal voor gebruikt.” Hidde chat met vrienden. Ook speurt hij op Facebook. Of hij is bezig op de PlayStation.

Ook Margriet (17) uit Doornspijk is gecharmeerd van het idee van een offlinedag. „Iedereen is gefocust op zijn schermpje.” Mensen kunnen zo bezig zijn met hun mobieltje dat je „twintig keer moet vragen” voordat er contact is.

Door het gebruik van internet en van mobieltjes kunnen kinderen „geen goede band” hebben met hun ouders, vreest Margriet. Het zou goed zijn als kinderen „’s avonds gezellig koffie drinken met hun ouders.”

Zelf heeft Margriet „geen Facebook, geen Twitter, geen MSN, geen Hyves”. De computer gebruikt ze „veel voor school.”

Een voordeel van een offlinedag is dat mensen dan „meer frisse lucht” krijgen, stelt de 15-jarige Wilroy. „Het zou wel goed zijn als mensen meer in de buitenlucht zijn en minder achter hun computer zitten.” Zelf speelt hij onder meer voetbalspelletjes op de computer.

Hekel

Fervent voorstander van een offlinedag is Hielke (16). „Een dagje rust is wel goed.” Hielke heeft zelf geen mobieltje. „Ik heb er een hekel aan. De maatschappij gaat er een beetje kapot aan. Ik vind mensen veel minder sociaal. Iedereen loopt tijdens een gesprek naar zijn mobieltje te kijken. Gewoon verschrikkelijk.”

Zijn broer Jelle kan de ergernis begrijpen. „Irritant als mensen in de rij in de winkel met hun mobiele staan te bellen.”