’Anti–terrorisme–wet overbodig’
Deskundigen zien de noodzaak van de Wet terroristische misdrijven niet in. De bestaande wetgeving biedt voldoende mogelijkheden af te rekenen met (toekomstige) terroristen, zo hielden ze de Tweede Kamer maandag voor tijdens een hoorzitting.
De fracties hadden die georganiseerd ter voorbereiding op de behandeling van de wet, die uit de koker van minister Donner van Justitie komt. Aanleiding zijn de ’11 september–aanslagen’ in de Verenigde Staten.
Volgens mr.dr. H. van der Wilt van de Universiteit van Amsterdam zijn er al voldoende ’dwangmiddelen’ om terrorisme te voorkomen. Donner wil „samenspanning met als doel een terroristisch misdrijf te plegen" apart strafbaar stellen. „We hebben al strafbaarheid van deelneming aan een criminele organisatie. Dus dat is overbodig", aldus Van der Wilt.
Ook zijn collega prof. Y. Buruma van de Nijmeegse universiteit stelde vast dat er al „verdomd veel" middelen beschikbaar zijn. „Strafbaarstelling van samenspanning is niet nodig voor terrorismebestrijding." Advocate dr. B. Böhler plaatste eveneens grote vraagtekens. „Alle voorbeelden die Donner geeft zijn al strafbaar onder de huidige wetgeving."
Van der Wilt vindt het daarnaast geen goede keus terrorismebestrijding zonder meer onder het strafrecht te laten vallen. „Het strafrecht komt pas in actie als het kwaad al is geschied en bij terrorisme is voorkomen juist belangrijk." Buruma heeft nog een omissie in de formulering van de wet ontdekt, waardoor volgens hem acties van vakbonden en actiegroepen er ook onder vallen.