Christelijke raadsleden bezorgd over inkrimping raad
Gemeenteraden moeten inkrimpen. Welke gevolgen heeft de wet-Heijnen op plaatselijk niveau voor christelijke partijen? De reacties van raadsleden van CDA, CU en SGP.
„Nog harder werken”
Wubbo Tempel is sinds 2010 CDA-raadslid in Rotterdam. „De werkdruk is erg hoog. We zijn met z’n drieën. Ik moet elke week twee tijdrovende commissies bijhouden en het vragenuurtje van de raad. Om de drie weken is er een grote raadsvergadering. Daarnaast ben ik veel tijd kwijt aan voorbereiding en ga ik als fractievoorzitter met alle werkbezoeken mee.”
Tempel was directeur bij Reed Elsevier, maar gaf zijn baan op om zich volledig aan het raadswerk te wijden. „Ik verdien nu minder dan toen, heb geen tijd meer om het gras te maaien en een boek te lezen, maar deze beslissing was absoluut nodig. Ik heb dit offer met mijn volle verstand gebracht.”
Tempel bestrijdt de gedachte dat raadsleden zich met „onzinonderwerpen” bezighouden en dat er daarom best bezuinigd kan worden op de omvang van de raad. „In Rotterdam praten we niet over losliggende stoeptegels of de temperatuur van het zwembad. Wel over de veiligheid en het pedagogisch klimaat in kinderinternaten bij moskeeën, de uitvoering van de Bijstandswet en de afslanking van het ambtelijk apparaat. Ik lees over al deze onderwerpen, en nog vele andere, dikke pakken papier.”
Als de raad straks inkrimpt, wat dan? Tempel: „Dat moet ik nog harder werken. We kunnen als fractie –we zijn de kleinste partij in de coalitie– geen onderwerpen laten schieten. Maar we moeten ook niet gaan bezuinigen op het contact met de burger, hoewel dat makkelijk een sluitpost kan worden, zeker als we met minder fractieleden zouden zijn.”
Een kleiner CDA betekent volgens Tempel dat „de Rotterdamse burger op een aantal punten een kritische blik gaat missen.” Of hij dan meer samenwerking zoekt met de CU en de SGP? „Dat zou zomaar kunnen. Samenwerking is nooit verkeerd, zeker niet als we ons geluid daardoor kunnen versterken.”
„Eigen accenten verdwijnen”
Rob Bource is sinds 2010 SGP-raadslid in Huizen. Hij vertegenwoordigt de fractie in z’n eentje. „Het is veel werk, een hele belasting. Naast mijn raadswerk heb ik een betaalde baan voor vier dagen per week als administrateur bij Scouting Nederland. De vijfde werkdag besteed ik aan de gemeenteraad.”
Bource wordt niet paniekerig van het feit dat de Huizer raad moet inkrimpen. „Positief gezegd: het is een uitdaging. Daarnaast geloof ik als SGP’er dat we dit werk ergens voor doen. We hoeven niet alleen te rekenen met ons telraam. Dat geeft rust. Maar ik moet natuurlijk wel realistisch zijn. Onze zetel is al een restzetel, dus die zou bij een inkrimping kunnen verdwijnen. Geen SGP in de gemeenteraad in Huizen: dat is voor zover ik weet niet eerder gebeurd.”
Het raadslid zou het verdwijnen van de SGP „absoluut als een gemis” ervaren. „De SGP kiest eigen accenten in de politieke discussies die gebaseerd zijn op onze christelijke principes. Bijvoorbeeld als het over de zondagsrust gaat. Dat soort geluiden zal dan minder worden of zelfs wegvallen in het publieke debat.”
Samenwerken met het CDA en de CU, daar is Bource een „groot voorstander” van. „Dat doen we nu ook al. Bij de vorige verkiezingen hadden we een lijstverbinding om de restzetel te behouden. De verhoudingen in Huizen zijn goed, maar we moeten als SGP wel oppassen voor vervaging van onze identiteit.”
„Vergoeding verhogen”
Roelof Hoving is sinds 2010 raadslid voor de ChristenUnie in Zwolle. Hij vindt de werkdruk meevallen. „We hebben zes zetels en kunnen het werk verdelen. Niet elke week ben ik er even druk mee. Hoewel: als raadslid ben je eigenlijk nooit klaar.”
Hoving heeft een betaalde baan als interim-manager, op dit moment in de zorg. De inkrimping van de raad bekijkt hij met een dubbel gevoel. „Vanuit het oogpunt van effectiviteit is er best iets te zeggen voor de wet-Heijnen. Er zijn bij elke verkiezing partijtjes, vaak afsplitsingen, die proberen een zetel te behalen, maar waarbij het de vraag is wat zij toevoegen aan de kwaliteit van het publieke debat. Aan de andere kant: als je als kleine christelijke partij al jaren een zetel hebt, is het natuurlijk erg jammer als die zou verdwijnen door inkrimping van de raad.”
Hoving denkt dat de voorgestelde inkrimping zal leiden tot meer samenwerking. „We kunnen niet anders. Wat mijn eigen partij betreft: een teruggang van zes naar vier zetels lijkt mij niet ondenkbaar. De werkdruk zal daardoor toenemen. Dat stimuleert samenwerking alleen maar.”
Het CU-raadslid vindt het reëel dat de vergoeding omhooggaat. „Ik krijg nu 1100 euro netto per maand. Dat bedrag is gekoppeld aan het aantal inwoners en geldt voor alle raadsleden in vergelijkbare gemeenten. Als we straks met minder fractieleden zijn, zal ik misschien parttime moeten gaan werken om mijn werk als raadslid naar behoren te kunnen blijven doen. Daar mag dan ook een hogere vergoeding tegenover staan.”
Wat mist Zwolle als Hoving zelf niet meer in de raad zou zitten? „Een mooie vraag. Ik ben ondernemer en probeer vanuit die invalshoek mijn bijdrage te leveren aan de fractie. Ik ben meer liberaal dan links; reken mezelf tot de rechtervleugel binnen de CU. Dat evenwicht zou ik graag bewaard willen zien.”