OM ziet af van strafrechtelijk onderzoek topambtenaar
Het Openbaar Ministerie stelt geen strafrechtelijk onderzoek in naar een topambtenaar van het ministerie van Justitie, naar aanleiding van beschuldigingen in mediapublicaties. Een woordvoerder van het OM zei woensdag dat het OM pas kan optreden als er sprake is van „een redelijk vermoeden dat iemand een strafbaar feit heeft gepleegd". Volgens het OM is in dit geval sprake van mededelingen die niet concreet zijn gemaakt.
De Gay Krant en Panorama publiceren deze week een artikel over de bezoekers van het Anne Frankplantsoen in Eindhoven waar mannen seks zouden hebben met minderjarige jongens, soms tegen betaling. In het artikel wordt ook een topambtenaar van Justitie onder een gefingeerde naam opgevoerd. De bladen zeggen zich te baseren op getuigenverklaringen die bij een notaris zijn ondergebracht.
Het OM wijst er op dat iemand met concrete aanwijzingen van een strafbaar feit welkom is bij politie en het OM. „Wat geldt voor burgers, geldt ook voor de media. Natuurlijk zullen politie en OM altijd vragen de informatie te onderbouwen met zoveel mogelijk bronmateriaal. Gebeurt dat niet, dan wordt een onderzoek een jacht op spoken en daarvoor moeten politie en OM zich niet lenen."
Minister Donner van Justitie zei donderdag geen enkele reden te zien om onderzoek te doen naar de beschuldigingen rond een topambtenaar van zijn departement. „Er is nog geen spoor van rook, laat staan vuur", aldus Donner woensdag in een reactie op de publicatie van de beschuldigingen.
„Ik kan niet zeggen of er iets of niets aan de hand is", aldus de bewindsman. „Ik moet eerst aanwijzingen hebben dat er iets aan de hand is, anders kan ik niets. En er is nog niet een begin van bewijs. Donner is laaiend op deze bladen omdat die volgens hem met het verhaal mensen bezoedelen, zonder dat daar volgens hem enig spoor van bewijs voor is. Hij noemt het „riooljournalistiek".
De bewindsman vindt dat de Gay Krant en Panorama hun informatie moeten overleggen. „Het is uiterst dubieus dat ze zeggen: we hebben de informatie maar je krijgt het niet van ons." Als het inderdaad zo is dat de bladen meer weten over een misdrijf, dan moeten ze daarvan aangifte doen, meent hij. „Anders zijn ze mogelijk medeplichtig."
Donner is duidelijk niet onder de indruk van het argument dat de bewijzen bij de notaris liggen. „Dat suggereert achtenswaardige informatie die er misschien helemaal niet is." Volgens de minister is een kluisje „net zo goed".
Media die de naam van de hoge ambtenaar publiceren zonder daar bewijs bij te leveren, kunnen rekenen op juridische procedures, zo liet Donner verder nog weten.
H. Krol, hoofdredacteur van de Gay Krant, begrijpt niets van de uitlatingen van minister Donner dat hij zou meehelpen aan het verhullen van een misdrijf. „Neem me even niet kwalijk zeg. Wie gooit er hier nu met modder? Het is juist mijn bedoeling om misstanden aan de kaak te stellen", reageert hij fel. „Het is toch wel de bloody limit om te stellen dat ik een misdrijf probeer te verhullen."
Krol is vooralsnog niet van plan naar de politie te stappen. „Maar ik sluit niet helemaal uit dat dat ooit wel gebeurt." Wel zegt de hoofdredacteur dat hij dolgraag bij Donner en het OM op de thee wil. Als het tot een gesprek komt, gaat Krol wel eerst met zijn juristen om de tafel over de voorwaarden waaronder zal worden gepraat. Krol neemt aan dat alle partijen de intentie hebben om de wantoestanden aan te pakken. „Maar het lijkt nu ineens alsof wij de boeven zijn en de boeven vrijgepleit moeten worden."