Minister heeft moeite met boete op spam
De Tweede Kamer heeft dinsdag niet, zoals verwacht, ingestemd met een wetswijziging om een forse boete te zetten op spam: het elektronisch versturen van post waarvan de ontvanger niet is gediend. Minister Donner van Justitie stuurde even voor de stemming een brief waarin hij de wetswijziging „ernstig ontraadde."
In het Kamerdebat gaf de bewindsman nog aan te kunnen leven met een amendement van PvdA–Kamerlid Van Dam, mits daarin wijzigingen werden aangebracht. Na het aanbrengen van die wijzigingen kwam Donner met bezwaren die in het Kamerdebat niet genoemd zijn.
Een daarvan is een recente brief van VNO–NCW, waarin de werkgeversorganisatie aangeeft dat ondernemingen wel degelijk graag ook ongevraagde post ontvangen. Bovendien geeft de minister aan, dat hij het versturen van spam liever wil regelen in de nieuwe Telecommunicatiewet, die de Kamer over enkele weken behandelt. Daarin wordt spam bestuursrechtelijk aangepakt en niet strafrechtelijk, zoals Van Dam wil. Donner vreest dat het strafrechtelijk apparaat bedolven zal worden onder een stortvloed van aangiften.
De minister vindt dat het in de eerste plaats aan de betrokken marktpartijen is om de normen rond elektronisch briefverkeer te handhaven. Nu de minister met zulk zwaar geschut is gekomen, ging Van Dam dinsdag akkoord met uitstel van de stemming over zijn wetswijziging, uit vrees dat een meerderheid er zich niet langer achter zou scharen. Het PvdA–Kamerlid geeft zijn pogingen om spam onder het strafrecht te brengen en er een zware boete op te zetten, nog niet op. Desnoods doet hij dat bij de behandeling van de telecomwet.