Jorge Zorreguieta, die maandag in familiekring zijn 85e verjaardag vierde, mocht in 2002 het huwelijk van Máxima met Willem-Alexander niet bijwonen. Zijn thuisblijven was voor toenmalig premier Wim Kok de voorwaarde om het parlement om toestemming te vragen voor de trouwerij. Zorreguieta mocht wel bij plechtigheden met meer een familiekarakter komen, zoals de doopplechtigheden van zijn kleindochters en de viering van de 40e verjaardag van Máxima in 2011. De inhuldiging is bij uitstek een staatszaak en valt volgens de meeste politieke partijen onder dezelfde regeling als het huwelijk, dat vanwege de dynastieke consequenties (troonopvolging) ook als staatszaak werd gezien.

Zorreguieta was in de Argentijnse regering die diende onder de bloedige junta eerst onderminister en later minister van Landbouw. Hij was weliswaar niet direct betrokken bij de moordpartijen en verdwijningen die onder het militaire bewind plaatsvonden, zo luidde de conclusie van een in opdracht van Kok ingesteld onderzoek, maar hij moest er wel van hebben geweten. Zorreguieta heeft dat altijd ontkend. Tegen hem is recentelijk in Argentinië een aanklacht ingediend, omdat hij wél bekend zou zijn met een aantal verdwijningen.

Jorge Zorreguieta heeft zich sinds het huwelijk van Máxima op de achtergrond gehouden. Verzoeken voor interviews werden consequent afgewezen. Hij had ook niet laten weten bij de inhuldiging aanwezig te willen zijn. Gezien de eerdere controverse lag dat ook niet voor de hand, omdat het een schaduw zou werpen over de feestdag die de troonsbestijging van Willem-Alexander zou moeten zijn.