IJburg: ondanks de huizen bloeit de natuur
AMSTERDAM – Voormalig stadsecoloog Martin Melchers was in de jaren negentig fel gekant tegen de komst van IJburg omdat de nieuwe wijk kwam te liggen in het IJmeer, „een uniek natuurgebied.” Toen de stadsuitbreiding evenwel doorging volgde Melchers de natuurontwikkelingen in het nieuwe land, raakte ervan onder de indruk en schreef er een boek over: ”Van Eiburg tot IJburg”.
Melchers is van origine fysiotherapeut, maar de natuur heeft zijn passie. „Ik word er mateloos door geboeid. Het is één groot wonder.”
Dat wonder zag hij met zijn eigen ogen als hij ’s nachts of ’s ochtends in alle vroegte langs de oever van het IJmeer wandelde. „Daar was nog duisternis. Prachtig. En dan ’s ochtends die duizenden brasems die in het ondiepe water spartelden. Werkelijk sprookjeachtig was het er.”
Was, want het ondiepe water is er niet meer. Het is land geworden. In 1995 wil de gemeente Amsterdam uitbreiden. Er komen plannen om een woonwijk te bouwen in een gebied dat eeuwenlang het domein was van ringslangen en waterspitsmuizen. In het IJmeer moet een eiland verrijzen, vol koop- en huurwoningen.
Melchers denkt aanvankelijk dat het niet zo’n vaart zal lopen. „Met de regelmaat van de klok scheidt de gemeente bestemmingsplannen af. Nooit werden de ideeën gerealiseerd.”
Maar nu dus wel.
„Met vals spelen. Dat staat ook in het boekje. Veertien dagen voordat de bevolking van Amsterdam zich in een referendum over IJburg mocht uitspreken, werd ik monddood gemaakt. Ik kon blijkbaar aardig vertellen. Regelmatig verscheen ik op de stadstelevisie om, gebaseerd op feiten, uit te leggen dat het een uniek natuurgebied was.”
De directeur ruimtelijke ordening, de afdeling waar Melchers als stadsecoloog aan verbonden is, zegt letterlijk tegen hem: „Ik wil jou niet meer op de televisie zien.” „Ik reageerde: „Maar dat is toch niet eerlijk?! Ik ben aangenomen om voorlichting te geven en nu mogen de burgers niet meer weten waar het over gaat. Jullie blinddoeken de Amsterdammers voor het natuurschoon in het gebied.” Hij herhaalde daarop wat hij al had gezegd: „Ik wil jou niet meer zien.””
Bij het referendum spreken 130.000 van de ruim 223.000 stemmers zich uit tegen IJburg. Maar omdat de opkomst te laag is, kan de gemeente de plannen gewoon uitvoeren. „Ik was er twee dagen compleet ziek van. Ik zei tegen mijn vrouw dat ik wegging bij de gemeente en weer volledig als fysiotherapeut zou gaan werken. Tot dusver was ik ’s ochtends fysiotherapeut en hield ik me ’s middags bezig met de wonderen van de natuur. Maar mijn vrouw zei: „Blijf nu maar bij de gemeente. Dan kun je misschien nog wat voor de natuur betekenen als dat eiland er komt.””
Melchers neemt de woorden ter harte. „Ik dacht: „Laat ik maar niet tegen die windmolens gaan vechten en maar overgaan tot de orde van de dag.” Beroepsmatig weet ik ook dat somberen slecht is voor je gezondheid. Dus ik pakte de draad weer op.”
Wat kon u doen voor de natuur?
„Ik werd bij de ontwikkeling van IJburg betrokken bij de aanleg van natuurvriendelijke oevers. Daarnaast vroeg men mij of ik de natuurontwikkeling op IJburg wilde volgen. Iedereen was ervan doordrongen dat de komst van IJburg in een natuurgebied de verplichting met zich meebracht zo veel mogelijk terug te doen voor de natuur. Het motto was ”IJburg te gast in de natuur”.”
Is men er in geslaagd iets voor de natuur terug te doen?
„Ik moet bekennen dat de natuur erop vooruit is gegaan. Voorheen was het niet meer dan een zandplaat die onder water diende als voedingsbodem voor karpers en brasems. Onder water is het rijker geworden dan voorheen en boven water is er een andere rijkdom gekomen. De toename van soorten kan niet los worden gezien van de omgeving. Het IJmeer en het Markermeer zijn Europese Vogelrichtlijn- en Natura 2000- gebieden en klotsen op de oevers van IJburg. Vanaf het aangrenzende oude land is de archipel over het water en via bruggen en dammen gekoloniseerd door diverse diersoorten zoals muizen, ratten en vossen.”
Melchers betreurt het dat IJburg, nu het eiland er toch is gekomen, niet meer dan een slaapstad is geworden. „Ik ben niet alleen een natuurliefhebber, ik houd ook van mooie steden. De gebouwen zijn net dozen met gaatjes. Openbare ruimte die depressief maakt, is gevaarlijk voor de volksgezondheid. De bruggen zijn de lelijkste ter wereld. Het is nu niet meer dan een suffe Vinex-wijk. In de krant las ik onlangs dat het grote winkelcentrum en het uitgaanscentrum zijn geschrapt. Die zouden het hart van IJburg worden. Door die te schrappen zeg je eigenlijk dat het een volkomen mislukking is. Er is vanuit Amsterdam één brug naar IJburg en er is de Uyllanderbrug, de overspanning richting het Gooi. Maar als het daarbij blijft is het een fiasco.”
Melchers vestigt wat dat betreft zijn hoop op de tweede fase van IJburg. „Na het eerste eiland volgen er nog een paar. Omdat er geen geld is, zal de tweede fase stukje bij beetje worden aangelegd en ontwikkeld. Daar ben ik niet op tegen. Laten we er nu dan ook wat moois van maken, want wat er nu staat noem ik vandalisme.”
”Van Eiburg tot IJburg”, Martin Melchers; uitg. IJburg, Amsterdam, 2012; ISBN 978-90-819991-1-3; € 21,50;
”IJburg, uit schuim geboren”, uitg. IJburg, Amsterdam, 2012; ISBN 978-90-819991-0-6; € 21,50.