Biograaf duidt Bonhoeffers strijd tegen het nazisme geestelijk
Grote mannen in kerk en maatschappij kunnen beter hun baard niet laten groeien. Ieder wil eraan hangen. Zo is het met de Duitse theoloog Dietrich Bonhoeffer (1906-1945), die in 1945 aan de galg het leven liet vanwege een samenzwering tegen Hitler.
Nog steeds worden velen uit heel verschillende kerkelijke stromingen geboeid door Bonhoeffers leven(shouding) en zijn publicaties. Recent brachten dr. Gerard den Hertog (Christelijke Gereformeerde Kerken) en dr. Wilken Veen (Protestantse Kerk in Nederland) ”Aanzetten voor een ethiek” uit, een nog onvoltooid manuscript dat Bonhoeffer in de gevangenis schreef. De gereformeerde socioloog dr. Gerard Dekker gaf vorig jaar een thematisch dagboek uit met 366 fragmenten uit werk van Bonhoeffer.
In 1966 verscheen de eerste (Duitstalige) biografie over Bonhoeffer, ”Theoloog, christen, tijdgenoot”, geschreven door Eberhard Bethge, in 1968 uitgegeven in Nederlandse vertaling (Bosch en Keuning, Baarn). In 2003 werd deze biografie opnieuw uitgegeven.
Lange tijd beschouwden moderne (bevrijdings)theologen Bonhoeffer als hun leidsman. Vooral vanwege zijn (vaak misverstane) ”religieloos christendom”. Maar meer en meer raakte men ook in orthodox-gereformeerde kring door hem geboeid. Zijn ”Brevier”, een dagboek samengesteld uit verschillende van zijn publicaties, wordt breed gelezen.
Geen goedkope genade
Nu is er een nieuwe, uit het Engels vertaalde biografie gepubliceerd, geschreven door de Amerikaanse ”cultureel commentator” Eric Metaxas. Niemand minder dan de predikant Tim Keller, vriend van de schrijver, schreef een voorwoord. Hij legt de nadruk op Bonhoeffers verzet tegen de ”goedkope genade”, „een niet kostbare liefde van een niet-heilige God die ons zonder meer liefheeft en ons accepteert zoals we zijn.” Dat zal nooit het leven van wie dan ook veranderen, zegt Keller.
Op de omslag staat een oordeel van de conservatieve publicist Bart Jan Spruyt: „De Bonhoeffer die in deze biografie naar voren komt, is op een positieve meer traditionele manier christen, dan in vele Duitse boeken over hem.” Op „zeer overtuigende wijze” wordt hij getekend als „belijdend christen.” Ik val Spruyt daarin bij.
Het is onvermijdelijk dat allerlei biografische elementen, zoals Bonhoeffers afkomst, zijn verblijf in Tübingen, driemaal in Berlijn, in Barcelona, Amerika en Londen, goeddeels parallel lopen met wat elders beschreven is. Dat geldt ook voor de kerkstrijd tegen de ”Deutsche Christen”, het racistische, antisemitische protestantisme met zijn nazitheologie. Ik volsta daarom met enkele elementen naar voren te halen die zijn geestelijk leven typeren en daarmee de inhoud van zijn boodschap stempelen.
Theologiestudie
Het gezin waaruit Dietrich Bonhoeffer kwam had niet zo veel met de kerk. Zijn vader was geen christen, zijn moeder zorgde wel voor geloofsoverdracht, maar kerkgang kon haar niet bekoren. Wel deden de kinderen belijdenis. Toen Dietrich aangaf theologie te gaan studeren, kreeg hij zijn broers tegenover zich. Dietrich zei: „Dat er een God is, daarvoor laat ik mijn kop eraf slaan.”
Een bezoek aan Rome –in 1924– had „ingrijpende gevolgen” voor Bonhoeffers zicht op de kerk. In Rome, „de Eeuwige Stad, de stad van Petrus en Paulus”, ontdekte hij op palmzondag „de universaliteit van de kerk” die uitsteeg boven de lutherse protestantse kerk in Duitsland en waarin „het beste van de klassieke heidense wereld” samenkwam met het christendom. Hij kreeg zicht op de oecumene.
Drie jaar later echter schreef hij dat, hoewel de betekenis van de Rooms-Katholieke Kerk als spil van de Europese cultuur moeilijk overschat kon worden, het de vraag was of de kerk van Rome wel echt „kerk van Christus” was gebleven. „Heeft ze de enige weg naar verlossing niet geblokkeerd?” Er is veel wat protestanten met rooms-katholieken verbindt, „we willen echter niets afdoen van hetgeen wij hebben onderkend als Gods Woord.” Bonhoeffer bekeerde zich niet tot Rome. Intussen was op die bewuste palmzondag in 1924 in Rome ook zijn koers uitgezet voor zijn latere tegenstand tegen het nationaalsocialisme.
In Barcelona hield Bonhoeffer in 1928 een lezing over „de absolute, dringende betekenis” van Christus, Die het hele leven opeist omdat Christus „de openbaring van God” is. Geschokt was hij dan ook over de inhoud van de verkondiging in de Amerikaanse kerken, waarin dit hart van het Evangelie was gemarginaliseerd. „Er is hier geen theologie, (…) ze worden vergiftigd met vrijzinnige en humanistische frasen”, aldus Bonhoeffer. Een uitzondering vormden de (lijdende) negerkerken. De boodschap die hij daar hoorde werd juist van groot belang voor zijn verdere geestelijke gang.
Luther
De grote verandering die Bonhoeffer in die tijd doormaakte kwam aan het licht in een preek op hervormingszondag 1932 in Berlijn over Openbaring 2:4-5, waar de gemeente van Efeze wordt vermaand omdat ze de eerste liefde heeft verlaten. De Duitse kerk achtte Bonhoeffer op sterven na dood. „We zien dat deze kerk niet langer de kerk van Luther is.” Luthers uitspraak: ”Hier sta ik, ik kan niet anders” werd in Bonhoeffers optiek voor eigen doeleinden gebruikt.
Zelf schreef Bonhoeffer in een brief in 1936 over de grote verandering, de verdieping die hij had ondergaan het volgende: „Toen gebeurde er iets wat mijn leven heeft veranderd tot op de dag van vandaag. Voor het eerst heb ik de Bijbel ontdekt. Ik had al vaak gepreekt, ik had al veel van de kerk gezien, erover gepraat en gepreekt, maar ik was nog geen christen geworden. (…).Mijn roeping staat me nu duidelijk voor ogen. Wat God ermee voor heeft weet ik niet. Ik moet de weg afleggen. Misschien is het niet zo’n lange weg (Filip. 1:23). Maar het is goed dat ik mij roeping kan vervullen… Ik ben ervan overtuigd dat de schoonheid ervan pas in de komende tijden en gebeurtenissen ten volle duidelijk zal worden. Als we maar kunnen volhouden.”
Zo werd hij de profeet tegen de demonie van het nazidom. Zijn roeping liep uit op het martelaarschap, eindigend aan de galg, voor hem echter „een statie op weg naar de vrijheid.” Vierentwintig uur voor zijn dood preekte Bonhoeffer in de gevangeniscel over Jes. 53:5: „Door Zijn striemen is ons genezing geworden.” En 1 Petrus 1:3: „Geprezen zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus: in zijn grote barmhartigheid heeft hij ons opnieuw geboren doen worden door de opstanding van Jezus Christus uit de dood.”
”Een rechtvaardige onder de volken” versus het Derde Rijk wordt hij genoemd op het titelblad van de biografie. Dit boek legt er op indrukwekkende wijze getuigenis van af.
De Joden
Ik beperk me nu verder tot Bonhoeffers visie op de Joden. In de eerste maanden van het nazibewind (1933) werd de ariërverklaring van kracht. Joodse ambtenaren zouden hun baan verliezen omdat ze niet tot het Arische ras behoorden. Joden die gedoopt waren moesten maar een eigen kerk vormen, naast de Duitse kerk. Bonhoeffer kwam hier tegen in het geweer. Het was de plicht van de kerk om achter de Joden te staan, zowel gedoopten als ongedoopten. Zo niet, dan was ze geen kerk van Jezus Christus meer.
Hij ging spreken van de ”antichristelijke Führer”. Na het bevel van Hitler om Joodse winkels te boycotten schreef Bonhoeffer een brief van solidariteit aan een rabbijn in Amerika. Het had alles te maken met zijn veranderde houding „ten opzichte van God.” Vanaf de Kristallnacht in 1938, waarbij Joodse winkels het doelwit waren van nazi-agressie, zag hij in de aanval op de Joden een aanval op God Zelf. Toen gingen zijn ogen ook open voor de beloften voor Israël in Romeinen 9 tot 11.
En toen in Duitsland massaal Joodse boeken werden verbrand, kwam hem in herinnering een profetisch woord van de schrijver Heinrich Heine (1797-1856), een tot het lutheranisme bekeerde Duitse Jood: „Waar boeken worden verbrand, zullen ze uiteindelijk ook mensen verbranden.” Hoe waar is dit geworden. Bonhoeffer heeft het ook profetisch voorzien. Met de maatregelen tegen de Joden begon zijn niet-aflatende strijd tegen Hitler.
Men leze verder zelf. Een prachtige, imponerende ‘andere’ biografie.
Boekgegevens
”Dietrich Bonhoeffer, pastor, martelaar, profeet, spion”, Eric Metaxas; uitg. Groen, Heerenveen, 2012; ISBN 978 90 889 7022 1; 608 blz.; € 32,50.