Binnenland

Hoogspanning bij zoektocht naar massagraf

De bergingsdienst van de Koninklijke Landmacht begint dinsdag met het opsporen van vijftien lichamen van oorlogsslachtoffers die in mei 1943 door de Duitsers in een massagraf bij Haren (Groningen) zijn verstopt. Onder de nabestaanden heerst grote spanning. „Hopelijk krijgen we na ruim zestig jaar eindelijk zekerheid”, zegt Truus de Witte.

Ben Tramper
19 September 2003 21:03Gewijzigd op 14 November 2020 00:34
HAREN – Dat haar zoekactie naar het lichaam van haar oom, die in de oorlog door de Duitsers werd doodgeschoten, zou resulteren in een bergingsoperatie, had Truus de Witte acht jaar geleden nooit kunnen bevroeden. „Het kan alleen dankzij de medewerking v
HAREN – Dat haar zoekactie naar het lichaam van haar oom, die in de oorlog door de Duitsers werd doodgeschoten, zou resulteren in een bergingsoperatie, had Truus de Witte acht jaar geleden nooit kunnen bevroeden. „Het kan alleen dankzij de medewerking v

De voorbereidingen voor de opgraving in het natuurgebied Appèlbergen zijn in volle gang. In het drassige terrein staan overal bordjes met nummers, geplaatst door leden van de Bergings- en identificatiedienst (BID). Dinsdag gaat het eigenlijke werk van start. Dan wordt de bodem stukje bij beetje afgegraven en begint de zoekactie naar de lichamen van vijftien slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog.

Volgens onderzoekgegevens moet op deze locatie, in de bossen bij een zanderig pad, het massagraf liggen. De slachtoffers werden er in mei 1943 door de Duitsers verborgen. Allen waren een dag -of enkele dagen- eerder gefusilleerd, op diverse plaatsen in Groningen, Drenthe en Friesland. Op die manier wilden de Duitsers wraak nemen voor de spontane stakingsactie die onder de bevolking in heel Nederland was uitgebroken.

Het massagraf is onlangs ontdekt door Truus de Witte uit Groningen, een van de nabestaanden. Na een jarenlange en intensieve speurtocht in tal van archieven kon zij de locatie ruim zestig jaar na dato vaststellen. Haar bevindingen worden inmiddels gestaafd door infraroodopnames van F-16’s en bodemonderzoek van het archeologisch bureau RAAP uit Amsterdam.

Truus’ oom, Broer de Witte, was een van de slachtoffers die in mei 1943 door de Duitsers waren opgepakt. Dat gebeurde samen met haar vader, Wiebe de Witte. De broers werden beiden gevangengezet en beiden ter dood veroordeeld. Maar Wiebe kwam vrij, terwijl Broer op 19-jarige leeftijd op de schietbaan van de kazerne in Groningen standrechtelijk werd geëxecuteerd.

Tijdens zijn leven heeft Truus’ vader nauwelijks of niet over de fusillade kunnen spreken. Pas op zijn sterfbed, in 1975, liet hij zijn dochter merken hoezeer de gebeurtenis in zijn leven had ingegrepen. „De executie van zijn broer droeg hij mee als een wond met een dun vliesje”, zegt mevrouw De Witte. „Ze hadden slechts hun melk niet ingeleverd op de fabriek. Het was meer een jongensstreek dan een daad van actief verzet. De Duitsers kenden geen genade.”

Het allerergste was dat de nabestaanden in onzekerheid werden gelaten over de plaats van het graf. Zij kregen slechts een briefje met daarop een zakelijke mededeling over de executie van hun familielid. „Voor mijn vader is dat altijd traumatisch geweest. Hij heeft nooit geweten wat er met het lichaam van zijn broer is gebeurd. Nooit heeft hij de dood van zijn broer als een voldongen feit in zijn leven kunnen integreren, zijn ouders evenmin. Mijn oma liet altijd de deur van het huis open. Stel dat Broer opeens zou terugkomen.”

In 1995, twintig jaar na de dood van haar vader, besloot De Witte alsnog onderzoek in te stellen naar de executie en het vervolg dat daarop door de Duitsers werd gegeven. Ze dook in de archieven, daarbij geholpen door twee Groningse historici, Robert Boxem en Peter de Jong.

Tijdens haar zoektocht deed ze enkele schokkende ontdekkingen. De Groningse kwam erachter dat de vijftien lichamen al in 1949 gelokaliseerd hadden kunnen worden. „Tijdens hun verhoren hebben de Duitsers de aanleg van het massagraf opgebiecht. Maar niemand van de autoriteiten zag kennelijk aanleiding om actie te ondernemen. Misschien is de reden dat toentertijd iedereen de blik vooral op de toekomst richtte. Voor de nabestaanden is dat natuurlijk bijzonder tragisch.”

Uit het archiefmateriaal bleek ook dat het massagraf oorspronkelijk groter is geweest. De Duitsers hadden in het natuurgebied destijds in totaal 34 lichamen verborgen. In 1945, kort na de oorlog, zijn er door de Nederlandse gravendienst negentien geborgen. Zij kregen een herbegrafenis. Dat er in de directe nabijheid nóg vijftien slachtoffers lagen, wist niemand.

In 1945 ging het grondig mis met de identificatie van de geborgen lichamen. De Witte heeft dat met verbijstering vastgesteld. Van één lichaam werd de identiteit verkeerd vastgesteld. De toegewezen naam, die van Frits van de Riet, hoorde bij een ander lichaam, waarvan de identiteit niet kon worden bepaald en dat als ”onbekende” werd begraven in Loenen. „Maar wat blijkt nu? Het fout geïdentificeerde lichaam hoort toe aan mijn oom. Hij ligt, met de naam van Van de Riet, begraven onder het oorlogsmonument op de begraafplaats van Marum. Een enorme vergissing, ongetwijfeld gemaakt in de hectiek van die tijd.”

De verwisseling van de lichamen wordt op dit moment verder uitgezocht door de Oorlogsgravenstichting. DNA-onderzoek moet uitwijzen of het lichaam van de ”onbekende” daadwerkelijk overeenkomt met de identiteitsgegevens van Van de Riet.

Dat haar zoekactie zou resulteren in een bergingsoperatie, had De Witte acht jaar geleden nooit kunnen bevroeden. „Het kan alleen dankzij de medewerking van allerlei instanties en overheden. Ook de droogte van de afgelopen maanden komt ons heel goed van pas.

Achteraf ben ik blij dat ik heb doorgezet. Ik zag het als een gewetensplicht. Voor mezelf, voor mijn vader, voor alle nabestaanden. Onder hen is nog een echtgenote van 80 jaar. Ook zijn er nog kinderen van de slachtoffers in leven. Voor ons allemaal is deze week geen gemakkelijke. Mijn vurige hoop is dat alle familieleden worden gevonden. Pas dan hebben we zekerheid.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer